Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 juli 2025
"Mina!" zei hij tot zijn vrouw, die bezig was met brood snijden; "kom eens gauw even kijken. Er staan vier politieagenten voor de deur!" "Wat blief je?" riep juffrouw Buter en liep met het mes in de hand naar het venster. "Al z'n leven! Zou er niemand door mogen?" "Wie weet het!" antwoordde haar man, "maar het is ook mogelijk dat ze hier geplaatst zijn om ons tegen opstootjes te beschermen."
De Amerikaansche consul ontraadde ons ten sterkste, de Chineesche stad in te gaan, waar wij de Chineesche vrouwenkiesrechtclub zouden vinden; zelfs onder geleide, vreesde hij, dat ons onaangenaamheden zouden overkomen. De inboorlingen zijn nog te opgewonden, telkens breken er nog opstootjes uit; in het midden van de bevolking te gaan, was voor elke vreemdeling nog gevaarlijk.
De administrateur en zijn assistenten moeten op alles bedacht zijn om moord en doodslag te voorkomen bij nachtelijke opstootjes in het speelhuis. De Javanen zijn vooral grond-arbeiders, terwijl de vrouwen het lichte werk doen.
De Franschen, meende hij, nu ze gezien hadden dat de Amsterdammers nog tegen hun onderdrukkers in verzet durfden komen, zouden trachten wel zóó den schrik onder de mokkende bevolking te brengen, dat zij voor altoos den moed tot dergelijke opstootjes verloor. Jakob twijfelde dus niet, of zijn vader zou wel ter dood worden veroordeeld.
Ibarra kon niet nalaten te glimlachen, toen hij zich dien sterken geur herinnerde, om vijf uur in de namiddag de Puente de Barcas omzwevend en die hem als kind misselijk maakte. Het levendige gepraat, de kwinkslagen die hij hoorde, voerden werktuigelijk zijn verbeelding naar de wijk Lavapiés te Madrid met haar sigaren-maaksters, die er zoo vaak opstootjes maken!
Hij kwam bijna weenend van ergernis te huis, en vond bij niemand troost. Vooral niet bij zijn oudsten broer, die hem niet begreep en hem als eenig antwoord zijn gescheurde mouwen toonde. Zoo uitgedost moest hij naar de nieuwe school, waar zijne verschijning op den koer en in de klasse opstootjes verwekte.
»Maar ik ben Franciscus Stargardt", antwoordde de vader. »In dat geval zijn we verplicht, ù te arresteeren!" zei de wachtmeester, met verwondering en zelfs met eenig medelijden den kreupele aanziend. »Maar... ik ben volstrekt niet aan de Haarlemmerpoort geweest... Aan géén van de opstootjes heb ik deelgenomen...!"
Ik heb goede redenen om daar achter heen te zitten. Heb je van ochtend de courant gelezen? Zoo; dan weet je ook dat de Amerikanen weer opstootjes gemaakt hebben. Die bandelooze troep zet de heele stad overeind; er gaat geen nacht om dat er niet gevochten wordt in de herbergen en op straat; van andere gemeene dingen spreek ik nu maar niet. AUNE. Ja, het is gemeen volk, dat is zeker.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek