Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 juni 2025


De Buidelmiereneter (Myrmecobius fasciatus) is de eenige vertegenwoordiger van de tweede onderfamilie der Roofbuideldieren, van de Spitsbuideldieren (Myrmecobiinae). Zijn lichaam is lang, de kop zeer spits; de achtervoeten hebben vier, de voorvoeten vijf teenen; de achterpooten zijn iets langer dan de voorpooten, de zolen onbehaard, de teenen van elkander gescheiden. De staart is slap, lang en ruig. Het wijfje heeft geen buidel. Opmerkelijk is het goed voorziene gebit; het aantal tanden bedraagt meer dan bij eenig ander Zoogdier; hij heeft er niet minder dan 50

De zeer gerekte, maar plompe romp staat laag op de pooten; de kop is buitengewoon kort, dik en zeer kort van snuit; de oogen zijn middelmatig groot, de ooren klein, de vijf teenen halverwege onderling vergroeid en met stevige klauwen gewapend, de zolen onbehaard.

Hun lichaam is buitengewoon plomp gebouwd, de romp log en dik, de hals dik en kort, de kop onbehouwen van vorm, de staart een klein, bijna onbehaard stompje; de ledematen zijn kort en krom, de voeten met vijf teenen voorzien en met lange, forsche, sikkelvormige klauwen gewapend, die alleen aan den binnenteen der achterste ledematen ontbreken; de zolen zijn breed en onbehaard; de teenen, die op den binnensten volgen, vergroeien gedeeltelijk met elkander.

Het geheele pantser is aan zijn bovenzijde zoowel als aan het niet met de huid verbonden deel van de onderzijde onbehaard en volkomen glad; alleen aan de onderranden bevinden zich talrijke, tamelijk lange, zijdeachtige haren.

Bij eenige volken hebben zij zich de grootste verachting op den hals gehaald; bij andere staan sommige dezer dieren in een reuk van heiligheid. Deze zijn, zooals hun naam aangeeft, slanke en rank gebouwde Apen met lange, fijne ledematen en zeer langen staart, kleinen, hoogen kop, onbehaard gelaat en korten snuit met kleine wangzakken. Hunne eeltplekken zijn zeer klein.

En werkelijk waren het van die dikhuiden met groote koppen en lange gebochelde snuiten, wier bek bezet is met groote tanden, die meer dan een voet ver uitsteken, ineengedrongen op hun korte pooten, en waarvan de huid, onbehaard, taankleurig rood is? Nijlpaarden in Amerika! Den geheelen dag werd de marsch voortgezet, maar bezwaarlijk. Zelfs de sterksten konden van vermoeidheid bijna niet verder.

Deze is rond en tamelijk dik, spits toeloopend, alleen aan den wortel met haar bekleed, van hier tot aan de spits onbehaard, maar met fijne, kranswijs geplaatste schubben bedekt, waartusschen hier en daar eenige korte haren te voorschijn komen. Het wijfje heeft een volkomen buidel.

De staart van de Brulapen is zeer lang, met een aan de onderzijde onbehaard uiteinde voorzien, rijk aan zenuwen en bloedvaten en zeer gespierd; dit orgaan is dus zeer geschikt tot grijpwerktuig. De Brulapen zijn zeer verbreid; zij worden in bijna alle landen en gewesten van Zuid-Amerika aangetroffen.

De romp van de groote Beren is ineengedrongen, die van de kleinere dikwijls slank, de kop langwerpig rond, middelmatig lang, met naar voren sterk versmalde, maar gewoonlijk recht afgestompte snoet; de hals is naar verhouding kort en dik; de ooren zijn kort en de oogen betrekkelijk klein. De voetzolen, die bij 't gaan over hun geheele lengte den bodem aanraken, zijn bijna geheel onbehaard.

Men vermoedt zelfs zijn aanwezigheid in Oost-Afrika ten zuiden van Abessinië; volgens Nachtigall is hij ook in Zuidoost-Afrika, n.l. in 't achterland van Sofala, inheemsch. Zijn nest is in de kroon van een boom gebouwd, en door een dak tegen den regen beschut. Hij heeft een olijfkleurig zwartachtig, niet dicht behaard vel, een onbehaard, vleeschkleurig gelaat en een witachtig behaard zitvlak."

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek