United States or Oman ? Vote for the TOP Country of the Week !


In de middeleeuen treffen wy de metronymika met ver er voor dikwijls aan. Om nog een enkel voorbeeld te voegen by die op bl. 160 vermeld, noem ik Bouden filius Verheylzoeten, schepen van de stad Sluis in Vlaanderen, in 1345. Zie het tijdschrift De oude Tijd, jaargang 1869, bl. 114. De friesche taal kent de letter v niet als beginletter van eenig woord.

Dat zijn namen die volkomen op de zelfde verschillende wyzen als dit by de patronymika is aangegeven, afgeleid zijn van de vóórnamen der moeders van de personen, die eerst met deze namen genoemd werden. De stam of wortel, die aan de metronymika ten grondslag ligt, is dus een vrouenvóórnaam. Ieder kind heeft een vader, zoowel als eene moeder. Ja maar de vader is niet altijd bekend.

Hoe men er toe mag gekomen zijn, zulke namen als geslachtsnamen aan te nemen, is my ook niet duidelik. Sommigen er van zullen wel als metronymika in gebruik zijn gekomen; anderen danken wellicht hun ontstaan aan spotterny. Over den oorsprong van dezen laatstgenoemden bybelschen vrouenaam, ook als geslachtsnaam, vindt men iets in De Navorscher, dl. XXXIII, bl. 282.

De namen Agatha, Agnes, Margaretha, Maria, Magdalena, Catharina en Geertruida zijn echte vrouenamen; zy hebben ook geene mannelike tegenhangers. De geslachtsnamen die daar van zijn afgeleid, zijn dus ontwyfelbaar ware metronymika. Iets anders is het met de geslachtsnamen Aafjes, Betjes, Duyfjes, Elskens, Leentjes en Pietjens. Naar myne meening zijn dit ook metronymika.

En zoo kunnen de geslachtsnamen Aafjes, Betjes, Elskens, Leentjes, enz. even goed patronymika zijn als metronymika. Niet altijd. Betje kan ook een verkleinform wezen, voor eenen man in gebruik, van den oud-germaanschen, oud-frieschen mansvóórnaam Bette.

Swaans, Swaens, Zwanes, Zwanen, Swaenen, ook in verkleinform Zwaantjes en Swanekens, zijn patronymikale geslachtsnamen van dezen mansnaam ontleend. De twee laatstgenoemden kunnen, wijl Zwaantje, Swaneke als vrouenaam in gebruik is, ook metronymika zijn; zie bl. 159.

Toch kan men dezen naam eigenlik niet tot de echte metronymika, tot de moedersnamen rekenen. Veranneman toch beteekent niet de zoon van Vrou-Anna, maar de man, dat is: de hoorige, de volgeling, de dienstman dier vroue. Zie § 45. Als een aanhangsel tot de metronymika moeten hier nog de geslachtsnamen Moederzoon, Meyskens, Nonnekens, Vrouwes en Wyvekens vermeld worden.

En waar de vader onbekend is, kan zijn naam ook niet dienen om er een patronymikon van te maken, als toenaam voor zijn kind. Dus was men, in die gevallen, wel genoodzaakt, zoo men het kind niet zonder toenaam wilde laten, om met den vóórnaam van de moeder te handelen, zoo als men anders met dien des vaders zoude doen. Dit is wel als de hoofdoorzaak van het ontstaan der metronymika aan te merken.

Al de geslachtsnamen, van § 7 af in dit werk behandeld en vermeld, zijn patronymika, vadersnamen. Eene kleine groep van geslachtsnamen staat in eene byzondere tegenstelling tot deze groote afdeeling. Die kleine en merkweerdige groep wordt geformd door de metronymika, de moedersnamen.

Swane, in verkleinform Swaneke, is een oud-nederlandsche vrouenaam, die als Swaantje, Zwaantje nog heden wel in gebruik is, vooral in de friesche gewesten. Eene andere oorzaak die het formen van moedersnamen ten gevolge had, vermeldt van den Bergh. Hy gewaagt namelik van metronymika, die geformd werden »wanneer de moeder van edeler geboorte dan de vader was.