Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 juni 2025
De Dondervogel en de Dondervrouw. Raicho, de Dondervogel, gelijkt op een kraai, maar hij heeft sporen van vleesch, die, zoodra zij hard tegen elkander geslagen worden, geluid voortbrengen. Het is de vogel, op wien de Keizer van Goto-bain doelde in het volgende gedicht: "In de schaduw van den pijnboom van Shiro-Yama Rusten dondervogels, die den nacht daar doorbrengen." Vreemde Denkbeelden.
"Ik heb," zegt Naumann, "jaren beleefd, waarin een verschrikkelijk aantal Veldmuizen de groene en gele graanvelden met vernieling bedreigden. Ik schoot in die jaren geen enkele Kraai of Buizerd, die niet den krop met muizen gevuld had. Dikwijls heb ik er 6 of 7 in één Vogel gevonden.
Op een warme zomerdag zocht hij de schaduw onder een boom op een weide bij een beekje in zijn gedicht gebruikt hij bijna dezelfde woorden als een Latijns Vagantenlied en daar valt hij in slaap en droomt hoe hij over alle rijken der wereld heerst en hoe zijn ziel uit alle beslommeringen weggerukt wordt en ten hemel stijgt, tot een domme kraai hem tot de nuchtere werkelikheid terug roept.
En de bakker zeî: "Dat volkje betaalt huur, noch belasting!" En de oude molenaar zuchtte en zeî: "'k Woû, dat ik een kraai was!"
Want die lach hij droomde het niet was Mary's lach! Eer zou een kapelmeester zich vergist hebben in den klank van de trombone en van de dwarsfluit, eer zou de tortel het krassen van de schorre kraai gehouden hebben voor de roepstem van zijn gaaiken, dan dat Justus dien lach verward had met den lach van éénig ander schepsel op aarde. Zóó immers kon slechts Mary lachen.
Andere namen van roofvogels zijn de geslachtsnamen Valk, Valck, De Valk, De Valck, De Valke; Havik, Buizerd, Sperwer, Wikel en Blauwikel. Verder nog De Gier met Uil, Uyl en Den Uil. Dan volgen Raaf, De Raaf, De Raeve, Kraai, Kraay, Kray, Craey, Craeye en De Kraai, met De Roek, De Rouck, De Gaai, Exter, Den Exter, en, als patronymikon Axters. Verder Koekoek en Koekkoek met Cockuyt en Cocquyt.
Alles wit, alles wit, boomen, wegen en veld, en daarboven, vast en gesloten, de grijze hemel. De hoeven zaten in den sneeuw verloren, geen menschen te zien, en hier en daar 'n koolzwarte kraai, die ergens neerstreek op het veld. Van ver zagen zij hoe de roode gloed het hol van de klinkende smidse verhelderde. Daarheen dreef Pallieter de slee, om kopnagels in Beyaards ijzers te laten slaan.
Haar vrienden herhaalden die streelende uitdrukking met warmte, en gedurende verscheidene oogenblikken stond Meta, als de kraai in de fabel, te genieten van haar geleende veeren, terwijl de anderen als een troep eksters om haar heen kakelden.
Waarom de overste zich bij Fieken's woorden moest afwenden, en waarom Fieken zich bij Hendrik's woorden afwenden moest. Waarom de raadsheer op de kleine menschen schold, en de molenaar wenschte, dat hij een kraai was.
God heeft my gezegent, en ik ben maar een oud Vryer, die kind noch kraai in de waereld heeft. Kom, Helmers! Letje heeft my zo veel van u verhaalt, dat ik mag veronderstellen, dat gy nog wel iets doen zult voor haar. Ik zal voor Willis ook wat doen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek