Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 mei 2025
Toen sloeg het op den onzichtbaren kerktoren twaalf trage slagen, en te gelijkertijd klingelde schel het klokje boven op het dak der boerenwoning, de arbeiders naar 't noenmaal roepend. Zij lieten dadelijk de bundels vallen en trokken in groep naar de hoeve. Weer voelden zij plotseling allen een knagenden honger, en 't leek hun of de dag nu reeds zóó lang geduurd had dat het wel avond moest zijn.
Aan de mouwen van zijn kleed zag men aan een puntigen elleboog een paar vergulde bellekens. Ook droeg hij puntleersjes, met een belleken aan elken top. Zijn ezel, getoomd met karmozijnzijde, droeg op elke bil het schild van Antwerpen, met fijn goud geborduurd. De knecht hield met de eene hand den ezel bij den kop en met de andere eenen tak, aan denwelken een koebelletje klingelde.
Ik moet bekennen, dat ik zelfs toen nog ietwat verwonderd was, de mis te hooren begeleiden door een bloemlezing uit de melodieën van de opera "la Mascotte". Toen het belletje klingelde, barstte het orkest verheugd los met: "Les présages, les songes, ne sont pas des mensonges", en zoo ging dat voort tot het einde van de plechtigheid toe.
Te gelijk leerden zij doorgronden, waarom de knechts zoo dikwijls denken, dat er op eene andere kamer dan de uwe gescheld was, en dus niet komen voordat gij de manoeuvre een dozijnmalen herhaald hebt; want toen de schel van Nr. 4 herhaalde malen vervaarlijk klingelde, vergenoegde zich de kellner, wien deze schel aanging, met zoo lang te zeggen "wacht je beurt af," tot hij op zijn gemak zijn dejeuner had gebruikt.
Daar klingelde weer het klokkenspel tergend het wijsje van eene romance, die toenmaals druk in zwang was en op alle kermisorgels werd uitgevoerd: Après la richesse Soyons pélerins! Moi je cours sans cesse Et je cours envain. Quoique la coquette M'échappe souvent, Gaîment je répète En la poursuivant: Espérance Confiance C'est le refrain Du pélerin.
Op de straat kregen de beambten zweepslagen; een bamboes riet werd op hun rug aan stukken geslagen, en dat waren lieden van den eersten tot den negenden graad. Zij schreeuwden: «Hartelijk dank, mijn vaderlijke weldoener!» Maar dat ging hun niet van harte af, en ik klingelde met de klokken en zong: «Tjing, tjang!»»
"Och!" zei Gijs, zijn schroomvalligheid door den honger en 's vaders bevel afleggende, "zou j'is zoo goed willen zin, um wat êten veur ons te bestellen?" "Trek aan de schel ezel!" was het lief bescheid. De ezel droop af, en na eenig zoeken zag vader Meeuwsen in No. 71 een koord hangen, waaraan hij trok, en 't klingelde! Een minuut later stond Karel weder voor hen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek