Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 april 2025


De oppervlakte is in den regel kaal, hout- en woudloos, voor een groot deel arm aan water, met gras of met onmetelijke heidevelden bedekt. Enkele gedeelten zijn vruchtbaar en geschikt ter bebouwing. Beide streken langs den Donau en den Theiss zijn een groot gedeelte van het jaar met water bedekt en vormen wijd uitgestrekte moerassen.

Sowerberry was een lange, knokige, sterk-gebouwde man, gekleed in een kaal zwart pak met gestopte katoenen kousen van dezelfde kleur en bijbehoorende schoenen. Zijn gezicht was van nature niet aangelegd om te glimlachen, doch in 't algemeen scheen hij wel geneigd tot de boertigheid, die bij zijn beroep behoorde. Terwijl hij naar Mr.

Op eens zie ik een groote kanjer naar mij toekomen, 't leek wel een kleine inlander. Zijn kop was van boven als een knikker zoo kaal en een lange grijze baard hing van zijn kin op zijn borst. Zijn onderkaak met scherpe slagtanden stak hij vooruit en hij kwam, op zijn achterpooten loopend, naar mij toe.

Als een tegenstelling tot dien overvloed van kinhaar was zijn voorhoofd zoo kaal als een biljartbal; een klein groepje haren, die zoo weinig talrijk waren, dat men ze zeer makkelijk zou kunnen tellen, trachtte vergeefs die kaalheid te verbergen.

Zijn rok was van een buitengewoon antiek model, en tamelijk kaal en glimmend, terwijl er zich op de rechterpijp van zijn pantalon die mede geenszins nieuw was juist tegen het scheenbeen een bijzonder groote vlak bevond, waarin zich reeds sedert lang veel stof moest verzameld hebben.

De bosschen van dennen en pijnen maken plaats voor rotsen, deels geheel kaal, deels gekroond met eiken, notenboomen en berken.

Maar de trein is weer vertrokken; het land wordt dadelijk weer kaal, terwijl het dal breeder wordt; we komen in de vlakte van Argos, beheerscht door de kale bergen, die over den weg heen hangen; nog enkele minuten en daar is het station Phyktia-Mycene, waar het rijtuig mij wacht, dat ik uit Nauplia heb laten komen.

De rest van het dal is een groote wijde ruimte van bouwland, nu in den herfst kaal, nu de oogst is binnengehaald, maar in de lente groen en getuigend van welvaart en vruchtbaarheid.

Daar zij er, die 's ochtends naar het kantoor sukkelen, traag van voet en stijf van leden, die binnenkomen, met het hoedje in de hand, schoon kaal of grijs van schedel, die den rok aan den kapstok hangen, schoon de hand hem naauwelijks meer beuren kan, die de pen versnijden met bevende vingers. Aan uwe taak, oude stumper, of gij en uw besje hebt gebrek!

In Nieuw-Zeeland zoowel als op het vasteland van Australië hebben zij zich zoo kolossaal vermenigvuldigd, dat zij op vele plaatsen de weidegronden van het vee totaal kaal vreten; men heeft ze hier tot dusver zonder succes ijverig vervolgd.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek