Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juni 2025


Op deze wijze streden Marko en de Moor gedurende vier uur. Geen van beiden wilde toegeven en toen de Moor eindelijk zag, dat Marko hem zou overweldigen, wendde hij zijn paard, Bedevia, om en vluchtte langs de hoofdstraat van Istamboel weg. Marko joeg hem achterna.

En de daad bij het woord voegende schreef hij een brief aan den Sultan te Istamboel van den volgenden inhoud: "O, Sire, ik heb een schoon kasteel gebouwd aan de kust van de azuren zee, maar tot nu toe heeft het geen meesteres, want ik heb geen vrouw. Daarom vraag ik u mij uw geliefde dochter te geven.

Tot meerder zekerheid maakte hij eigenhandig de zeven buikriemen onder het zadel van zijn Sharatz vast; daarna bevestigde hij een lederen flesch aan een zijde van zijn zadel en hing zijn zwaarste strijdknots aan den anderen kant. Nu was hij gereed; hij wierp zich op Sharatz en reed naar Istamboel.

De brief bereikte den Sultan en zoodra deze hem gelezen had, liet hij onmiddellijk naar iemand uitzien, die de uitdaging in zijn plaats zou willen aannemen. Een ontzaglijke som gelds beloofde hij den ridder, die den Moor in het tweegevecht zou willen ontmoeten. Menig moedig man trok uit, om den Moor te bevechten, maar niet een keerde ooit naar Istamboel terug.

Nu vaardigde de Sultan in wanhoop een proclamatie uit over geheel zijn uitgestrekt rijk, waarin hij ontzaglijke rijkdommen beloofde aan den ridder, die den oproerling zou overwinnen. Menig dapper ridder trok uit om den oproerling te bevechten, maar helaas, niet een keerde naar Istamboel terug om het beloofde goud op te eischen!

Op hun weg naar Istamboel ontmoetten de twee mannen elkaar en zij verschenen te zamen voor den Sultan, die zeer wel wist, wie zij waren, en oordeelde, dat zij goede diensten konden bewijzen in zijn strijd tegen de christenen, gelijk zoovele andere ontevredenen van de christelijke hoven, waarom hij hen uiterst vriendelijk ontving.

Toen de Sultan en de Sultana hoorden, dat Marko gekomen was om hen te helpen, waren zij zeer getroost en lieten onmiddellijk een weelderig maal gereed maken om hem dat te zenden en zij voegden er goeden, rooden wijn in overvloed bij. Alle winkels waren gesloten in Istamboel en overal heerschte stilte, toen Marko in vrede den heerlijken wijn dronk.

Toen hij vrij veel had gedronken, sprak hij aldus: "Het zal nu ongeveer negen jaar geleden zijn, dat ik in dienst trad van den sultan te Istamboel; toch heeft hij mij nimmer een paard, noch wapenen, noch een fluweelen mantel gegeven! Op mijn woord, ik zal tegen hem opstaan.

De overlevering wil, dat Prins Maximus zoo walgde van hetgeen gebeurd was, dat hij den doge uitnoodigde om met een groote strijdmacht in Zablak een inval te doen en Montenegro te veroveren; wat hem zelf betrof, hij zou naar Istamboel gaan en den Islam omhelzen. Dit deed hij.

De vensters en deuren van alle winkels in de geheele stad Istamboel zijn gesloten, zoo bevreesd is het volk voor mij, maar als ik goed zie, zijn de deuren van dit logement nog open. Er moet stellig niemand in zijn, anders is hij, die er verblijf houdt, een groote dwaas; het kan ook zijn, dat hij een vreemdeling is, en niet weet, welk een vreeselijk wezen ik ben."

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek