Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
Eerste Vertelling. Gulfardo vraagt van Guasparruolo geld te leen en geeft dit aan zijn vrouw, die hem toestond met haar te slapen. In haar bijzijn zegt hij tot Guasparruolo, dat hij het haar terugbetaalde. Indien God het aldus heeft beschikt, dat ik vandaag met mijn vertelling aanvang, behaagt dit ook mij.
Toen Guasparruolo van Genua kwam en Gulfardo had uitgevorscht, wanneer hij te samen met zijn vrouw zou zijn, begaf hij zich tot hen en zeide tot Guasparruolo: De twee honderd goudguldens, die gij mij geleend hebt, had ik niet noodig. En daarom bracht ik ze dadelijk aan Uw vrouw terug en gij zult dus mijn rekening wel willen uitwisschen. Guasparruolo vroeg de donna of zij het geld ontvangen had.
Een paar dagen later ging Guasparruolo naar Genua en zij berichtte Gulfardo, dat hij bij haar zou komen met de twee honderd goudguldens. Gulfardo nam zijn metgezel met zich mede.
De slechte donna was tevreden en liet hem weten, dat Guasparruolo, haar man, voor zijn zaken binnen eenige dagen naar Genua moest en dat zij hem dit nader zou mededeelen. Toen het hem tijd scheen, ging Gulfardo naar Guasparruolo en zeide hem: Ik heb tweehonderd goudguldens noodig, welke ik gaarne wil leenen tegen rente. Guasparruolo zeide, dat hij dit gaarne wilde doen en gaf hem het geld.
Zij, die den getuige er bij zag, kon niet ontkennen, maar zeide: Zeker heb ik het ontvangen; ik had vergeten het U te zeggen. Toen zeide Guasparruolo: Gulfardo, het is in orde; ga met God, en ik zal Uw rekening uitmaken.
De dokter sprak: Spreek zonder vrees; ik zie, dat gij mij niet goed kent en nog niet goed weet, hoe goed ik kan zwijgen. Toen messer Guasparruolo van Saliceto rechter was van den schout van Forlimpopoli, waren er weinig dingen, die hij deed, die hij mij niet gelastte te vertellen. En wilt gij zien, dat ik de waarheid spreek?
Hij richtte in Milaan verblijf houdend zijn liefde op een zeer schoone vrouw, madonna Ambruogia, de echtgenoote van een zeer rijken koopman, Guasparruolo Cagastraccio, die met hem zeer bevriend was en daar hij in stilte beminde, vroeg hij haar, zonder dat iemand het bemerkte een dag te spreken en smeekte haar, dat het haar zou behagen zijn liefde te beantwoorden en dat hij van zijn kant bereid was alles te doen, wat zij zou bevelen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek