Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 mei 2025
De meest eigenlijke toepassing van het ridderideaal op den oorlog bestond in de afgesproken aristieën, 't zij van twee strijders of van gelijke groepen. Het befaamde Combat des Trente is er het type van. Froissart vond het geweldig mooi, maar teekent toch tenslotte aan; "Li aucun le tenoient
Froissart zegt van Philips van Artevelde, die nadenkt over een pas ontvangen tijding: "quant il eut merancoliet une espasse, il s'avisa que il rescriproit aus commissaires dou roi de France" enz. Deschamps zegt van iets, wat in leelijkheid de verbeelding te boven gaat: geen schilder is zoo "merencolieux", dat hij het zou kunnen schilderen .
Eduard III waagt zijn leven in een hachelijken aanslag op een convooi van Spaansche schepen. De ridders van koning Jan's orde van de Ster moeten zweren, dat zij in den slag nooit verder zullen vluchten dan vier "arpents", anders hebben zij te sterven of zich over te geven, welke zonderlinge spelregel volgens Froissart terstond aan wel negentig het leven kostte.
IV p. 372. Froissart. III p. 187, XI p. 22. Chastellain, II p. 374. Molinet, I p. 65. Monstrelet, IV p. 65. ib., III p. 111, Lefèvre de S. Remy, I p. 259. Basin, III p. 57. Froissart, IV p. 80. Chastellain, I p. 260; La Marche, I p. 89. Commines, I p. 55. Chastellain, III p. 82ss. Froissart, XI p. 58. Ms. Kroniek van Oudenaarde, bij Rel. de S. Denis, I p.229 . Froissart, IX p. 220, XI p. 202.
Het is dikwijls, alsof zij niet de geringste behoefte hebben aan werkelijke gedachten, alsof een voorbijglijden van ijle droombeelden voedsel voor hun geest genoeg was: uiterlijke feiten oppervlakkig beschreven, dat is de signatuur van schrijvers als Froissart en Monstrelet.
Zelfs wat men gewoonlijk van Froissart citeert als puntig gezegde, verliest veelal die kracht in den samenhang. Het geldt als een scherpe karakteristiek van den eersten hertog van Bourgondië, wanneer Froissart hem noemt "sage, froid et imaginatif, et qui sur ses besognes veoit au loin." Maar Froissart zegt het van iedereen!
Deze nederlaag wordt door den kroniekschrijver Jean Froissart aan de gulzigheid der Brusselaars toegeschreven; er dient echter gezegd, dat hij slechts van zalm-, forel- en palingpastei spreekt, en niet uitdrukkelijk van kiekens gewaagt. Zij heeten verder: Apendrillers.
Froissart, die niet studeerde; die met geen ander doel dan het verzamelen van historische anekdoten uit den mond van tijdgenooten nu het eene dan het andere land bezocht; die met voorbeeldige vlijt er zich toe bepaalde zijne reeds voltooide verhalen om- en nogmaals om te werken, had genoeg, heden aan de gunst eener henegouwsche prinses, koningin van Engeland geworden, morgen aan de edelmoedigheid van een half henegouwschen graaf van Blois.
Evengoed als Commines, die maling had aan de ridderij, beschrijft Froissart juist bijzonder goed de vermoeienis, de vergeefsche vervolgingen, de bewegingen zonder samenhang, het onrustige van een nachtverblijf. Hij weet meesterlijk talmen en wachten te beschrijven.
Het is verbazend, zooals de ridderlijkheid onmiddellijk in gebreke blijft, waar zij zou moeten gelden jegens niet-gelijkwaardigen. Zoodra het lageren in stand betreft, ontbreekt elke behoefte aan ridderlijke hoogheid. De edele Chastellain heeft niet het geringste begrip voor de koppige burgereer van den rijken brouwer, die zijn dochter niet aan 's hertogen soldaat wil geven, en er lijf en goed aan waagt, om den hertog te weerstreven. Froissart vertelt zonder een zweem van eerbied, hoe Karel VI het lijk van Philips van Artevelde wilde zien. "Quand on l'eust regardé une espasse on le osta de l
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek