Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juni 2025


Bij de gedachte aan de gevaren, die hunnen dierbaren vriend bedreigden, drongen velen de tranen naar de oogen. Sommige edelvrouwen snikten luide, anderen wischten in 't geheim een traan weg en verscheidene ridders verdrongen zich om Walewein om hem door een handdruk of een opwekkend woord hunne deelneming te betuigen.

Wanneer er wolven op haar aangevlogen waren en vlammen om haar heengeslagen waren, wolven en vlammen zouden haar liever zijn geweest. Zij zat bij Siegfrieds lijk en wilde wel sterven, en zij was zoo vol gramschap, dat zij opvliegen wilde, maar weenen kon Goedroen niet. Naast Goedroen zaten de allerhoogste edelvrouwen, en een ieder sprak over het leed, dat zij ooit hadden beleefd.

Dan treedt een sleep de hallen binnen Van edelvrouwen, jong en schoon, Van ridders, vurig in 't beminnen, Van knapen, vrij en hoofsch van zinnen, En minstreels, die den zang beginnen Voor vrouwengunst en minneloon! Waar is uw luister heengevaren? Herinn'ring bleef slechts van uw praal!

En zij sloeg hare armen om Gwinebants ronden knapenhals en kuste hem, lang, zoo dat, dronken, Gwinebant niet meer wist hoe te denken en hoe te doen in zoo moeilijke kwestië-van-minne, waarover in hof-van-minne wel lang dispuut zoû te houden zijn, tusschen hoofsche ridders en edelvrouwen.

Zij wierp haar trotse blik in de ogen van Machteld en wilde het meisje voor haar scherp gezicht doen bukken; maar zij vergiste zich, want de Jonkvrouw liet haar oogleden niet zakken en staarde met fierheid op de grammoedige Koningin. Deze, alreeds om de ongewone pracht der Edelvrouwen verstoord, kon zich niet langer bedwingen.

De Koning was vergezeld van zijn zoon, zijn zuster, meerdere bisschoppen, de gezant van Frankrijk, en vele hovelingen en edelvrouwen. De Koning zag zoo strak en somber, dat volgens de uitdrukking van een geschiedschrijver uit die dagen, "het scheen alsof zijn blik de zonnestralen deed verbleeken."

Vreugde en blijdschap heerschten alom, de ridders van de Tafel Ronde wedijverden in hoofsche voorkomendheid jegens de edelvrouwen; tot zelfs de natuur scheen feest te vieren met de menschen, want dag in dag uit straalde de zon aan den blauwen hemel en speelde de zoele zuidenwind tusschen het geboomte van het slotpark. Stralend van geluk bewoog de jonge vorst zich onder de menigte zijner gasten.

De infant, nu vijftien jaar oud, dwaalde als naar gewoonte door gangen en trappen en zalen van 't slot. Doch meestal slenterde hij rond de vertrekken der edelvrouwen, om de edelknapen te verschalken, die, gelijk hij, als katten in de gangen op loer lagen. Andere jonkers waren in den tuin, keken verzuchtend omhoog, en zongen eene ballade van minne.

Men zegt, dat Dona Mencia haar man bij zijn terugkomst tegemoet ging, vergezeld van een gevolg van edelvrouwen en dienaren, en hem knielende begroette met de woorden: "Heer, wees welkom op uw grondgebied; gij zult er een schoon lustverblijf vinden, om te rusten na de jacht; een paleis, waarin gij uwe vorsten moogt ontvangen, en een kapel, waar gij zult begraven worden, als God u roept."

Onder de edelvrouwen van het hof was een lieftallige dame, een Vlaamsche van Dudzele, omtrent Damme, van ongemeene schoonheid en in de volheid harer jaren, met oogen, groenig-bruin, en rossig, krullend haar, dat schitterde als goud.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek