Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 mei 2025
Na deze canzone maakt Dante met volle bewustheid zijn kunst dienstbaar aan zijn hoogste gedachteleven. Ik zeg gedachteléven en niet gedachte-napraterij, waartoe de niet-denkende rijmer zoo heel gemakkelijk kan vervallen. Wat bij anderen geworden was of dreigde te worden woord-abstractie zonder meer, bleef bij hèm een levende werkelijkheid.
En Dante had ook de werkelijkheid lief, de concrete, tastbare werkelijkheid der schoone dingen en menschen. Hij had die lief met de diepte van den dichter en de vurigheid van den Italiaan bovendien.
Sedert den Roman de Renart, den Roman de la Rose, de vertellingen van Boccaccio, was deze satire een afgezaagd onderwerp. Dante laat reeds den Heiligen Benediktus klagen over het snel verwelken der idealen van het kloosterleven.
Dit "Nieuwe Leven", zooals ik het soms om mijn liefde voor Dante gaarne noem, is natuurlijk volstrekt geen nieuw leven, maar eenvoudig bijwege van ontwikkeling en evolutie, de voortzetting van mijn vroeger leven.
Ik leg opzettelijk eenigszins den nadruk op Dante's "afdwalingen", omdat vele commentatoren en lezers in hunne teleurstelling over het feit dat het karakter van den door hen bewonderden dichter niet precies beantwoordt aan hun eigen moreele overtuigingen, die zoo gaarne zouden willen weg-"verklaren" met een gekunstelde geleerdheid, welke zonder twijfel zelfs Dante te kras zou zijn geweest.
De wreede Pietra zou de stad Florence zijn, liggend in een dal "rondom besloten door geweldige heuvlen". De vorm van dit gedicht is vòòr Dante in de Italiaansche poëzie niet gebruikt. Dante zelf zegt dat hij hier den Provençaal Arnaut Daniel navolgt. Aan Vrouwe Pietra degli Scrovigni.
"Een liefdezang", zegt Rossetti hiervan, "welke zulk een vliegenvanger blijkt voor priesters en pedanten, ziet er verdacht uit; maar het feit dat hij geschreven werd door een man wiens leven en werken toch zooveel impulsiefs en reëels bevatte, is teekenend voor dien tijd van jonge scholastieke geleerdheid". Ook Dante had groote bewondering voor zijn vriend. Aan Vanna.
Zij, de edelvrouw der edelvrouwen! Kan ik dan gelooven wat ik zie? Kon geen dier antieke tempels, geen dier klassieke beeldgehouwen haar langer bekoren? Konden de schimmen van Vergilius en Dante, noch de myriaden heldenfamen, heldendichten, heldendaden haar langer bezielen en boeien? Heeft zij allen verlaten om tot ons te komen?
Voorwaar, wij willen het niet ontveinzen, de opmerkende physioloog zou hier een onherstelbare ellende hebben gezien; hij zou misschien dezen, door de wet ziek gemaakten mensch beklaagd, maar hij zou niet gepoogd hebben hem te genezen; hij zou zijn blik hebben afgewend van de donkere holen dezer ziel; en, gelijk Dante van de poorten der hel, zou hij van dit menschenleven het woord hebben gewischt, dat Gods vinger evenwel op 't hoofd van ieder mensch heeft geschreven, het woord: Hoop!
Men zal er onder schijnbare rust reuzengevechten als bij Homerus, een gewoel van draken en hydra's, wolken van spooksels als bij Milton, wervelende visioenen als bij Dante vinden. Hoe somber is dat ondoorgrondelijke, 't welk ieder mensch in zich omdraagt en waarnaar hij met wanhoop den wil en de daden van zijn leven richt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek