United States or Brazil ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wouter's triumf over de afgedongen vier stuivers, werd eenigszins gematigd door 't gefronsd voorhoofd van Pompile, toen deze de buitensporigheid van z'n lichtzinnige wederhelft te weten kwam: Binnen geweest? Zelf de jonge-mevrouw gesproken! Ei ... zoo? Binnen-geweest in de zykamer? Waarom ben je binnen geweest?

Haar wezen is sexueele overdaad en behoefte aan steeds snellere afwisseling; en bij de spoedig intredende oververzadiging grijpt zij naar elken denkbaren vorm van onnatuurlijke en tegennatuurlijke bevrediging. Zoo werden duizenden kloosters broeinesten van ontucht en geslachtelijke buitensporigheid.

Een tijd later, kort vóor Jezus' dood, toen hij aanzat aan een feestmaal, kwam die vrouw binnen en stortte kostelijk reukwerk op zijn haren. Zijn jongeren trachtten haar terecht te wijzen en zeiden dat het een buitensporigheid was, en dat de prijs van het reukwerk beter besteed ware geweest aan weldadigen onderstand van behoeftigen, of aan iets dergelijks. Jezus deelde hun opvatting niet.

De bevalligheid der jeugd worstelde nog bij haar tegen de leelijkheid van vroegtijdigen ouderdom, de vrucht van buitensporigheid en armoede. Een overblijfsel van schoonheid lag nog op dit zestienjarig gezicht, als de bleeke zonnestraal die bij een wintermorgen door grijze wolken wordt verdoofd. Dat gezicht kwam Marius niet geheel onbekend voor.

Het gebruik van opium dat eerst slechts onder het bereik van den aanzienlijken stand was, drong van lieverlede ook door tot de lagere klassen, en nu is er geen einde meer aan de buitensporigheid door deze bedreven. Overal en altijd schuift men in het Hemelsche Rijk opium.

Het valt licht te begrijpen, dat de ongeleerde schare, van nature prikkelbaar van verbeelding en tot buitensporigheid geneigd, zich mede de overdrevenste verwachtingen vormde van hetgeen de nieuwe uitvinding aanbrengen zou. Naar hare meening was nu niet alleen de aardsche dampkring, maar de ether zelve, de siderische wereld, voor den mensch geopend, zijn domein geworden.

Eén beletsel heeft onze onevenredige geslachts-ontwikkeling altijd in den weg gestaan, de nimmer falende hulp der natuur, de dood. Was iets tot het uiterste opgevoerd, dan stierf het individu, het gezin stierf uit, de heele natie verdween, zooals Sodom en Gomorrha. Waar één functie tot onnatuurlijke buitensporigheid is opgevoerd, verzwakken andere functies en het organisme verdwijnt.

Om deze volgelingen te onderhouden, met de buitensporigheid en pracht, waartoe zij door hoogmoed gedreven werden, leende de adel geld van de Joden op de meest woekerachtige renten, die aan hun goederen knaagden, als een verterende kanker, die slechts dan te genezen was, als zich de gelegenheid opdeed, om door de een of andere daad van geweld zich van hunne schuldeischers te bevrijden.

Met mijn pet zwaaiend, begon ik hard te loopen en daarbij heftig met de armen te zwaaien, het gezicht naar de zee gekeerd, alsof ik daar iets heel bijzonders zag. Die buitensporigheid wekte de nieuwsgierigheid. Langs alle voetpaadjes kwamen de kinderen aanloopen; ze trokken elkander mee en kogelden in het zand. Ik liep naar het strand tot aan den rand der golven. Zij volgden mij.

Sommige reizigers hebben, ten aanzien van de ruïnen van Aké, hunner fantazie den vrijen teugel gevierd en theorieën verkondigd, die den nuchteren opmerker verbijsteren. Ziehier een staaltje van zulke buitensporigheid. Het monument, waarvan wij spreken, zou de herinnering moeten bewaren aan tijdperken of regeeringen, en ieder steenblok zou een Ahan Katun of een Katun moeten voorstellen.