United States or Kenya ? Vote for the TOP Country of the Week !


Bij onze aankomst was het zeer druk in de plaats; een deel van het dorp maakte jacht op een buffel, die uit de kudde was ontvlucht en in dolle vaart wolken stof opjoeg. Een eenvoudig ijzerdraad scheidde ons van die rumoerige wereld, zonder voor ons een waarborg te wezen tegen de bezoeken van honden en jakhalzen, noch tegen de familiariteiten van de kraaien, die plaag van Indië.

Hij verhaalt echter later, om de reusachtige kracht van een ouden stier aan te geven, dat hij eens, in den zadel zittend, door een gewonden, ouden Buffel aangevallen werd, die het Paard in de lucht wierp, "alsof het een Hond was."

Er kwamen ook groote zeehonden voorbij, en dat wel van de meest verslindende soort; men behoeft alle verhalen van visschers niet te gelooven, doch ziehier eenige staaltjes van hetgeen zij vertellen: in het lichaam van een van die dieren heeft men den kop van een buffel en een geheel kalf gevonden, in een ander twee konijnen, en een matroos met kleeren en al, in een ander een soldaat met den sabel in de hand, en in nog een ander een ruiter met zijn paard!

Ach! geen dier makkers had de wilden Mistrouwd als hij, om 't valsch gelach, Waarmeê de schaar hun worst'ling zag, Toen zij hun kracht den buffel spilden, Die 't koord des leiders scheurde als rag; Het dier, door hen vooruit betaald, Vervolgd, en toch niet ingehaald. "Neen, broeders," mogt hij hen bezweren, "Blijft zonder buks, blijkt zonder dolk Van nacht niet wijlen bij dit volk."

Soms beproeft hij evenwel zijne krachten aan den buitengewoon sterken Wilden Buffel; in den strijd met dit dier, vooral met het mannetje, delft hij echter niet zelden het onderspit; ook door een ouden, goed gewapenden mannetjes-Ever wordt hij, volgens sommige berichtgevers, nu en dan leelijk toegetakeld.

Laat die zich zelf eens bekijken, met baarden als bokken, vuil als raven, behaard als een beer, leder gelijk en rimpelig als een buffel."

"In vroegere tijden," schrijft Möllhausen, "toen de Buffel tot op zekere hoogte als een huisdier van de Indianen beschouwd kon worden, was er geen vermindering van de onafzienbare kudden merkbaar; integendeel zij voeren wel en vermenigvuldigden zich op de weelderige weiden. Toen kwamen de blanken in deze gewesten.

Dag Schmoel... dag Nathan... dag Judas! Heb je Fancy gezien? Zwaar is hij niet! Geef hem 'n buffel... één, hoort ge?"

Te Pallour was er ter eere van de prijsuitdeeling een landelijk feest. Wij waren uitgenoodigd door den rechter van de kolonie, een nog zeer jongen man, die met den griffier de gansche rechterlijke macht vormde, en begaven ons erheen in een karretje, met een buffel bespannen. De ontvangst was luisterrijk door het orkest, dat uit een fluit en een trom bestond.

Wien zal het gelden? Een breedgeschoften buffel misschien, die hem met gebukten hoofde en sterke hoornen zal opwachten. Geen nood: hij zal hem aanvliegen; hij zal zijn nagelen klemmen in zijne lenden; hij zal aan hem hangen blijven; hij zal hem de blanke slagtanden in den korten rimpeligen nek slaan; één oogenblik en hij zal hem afmaken, hem in stukken scheuren en zijnen honger bevredigen.