Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Elken morgen trokken wij zoo door de prachtige beukenbosschen, langs lichtende voetpaden, langs groene kloven, waarin het water ruischte, naar de verschillende mijnen en naar de hoogten, van waar men het dal overziet. Dan daalden wij daar dikwijls in af en bestegen, over de rivier gaande, den tegenoverliggenden kant.
De ruiten, die bruin waren met gele randen, waren zeker beukenbosschen, want daartusschen staan de groote boomen, die midden in 't bosch groeien, kaal in den winter; maar de kleine beukjes aan den kant van het bosch, behouden hun dorre gele blaadjes tot aan 't voorjaar.
Elken morgen trokken wij zoo door de prachtige beukenbosschen, langs lichtende voetpaden, langs groene kloven, waarin het water ruischte, naar de verschillende mijnen en naar de hoogten, van waar men het dal overziet. Dan daalden wij daar dikwijls in af en bestegen, over de rivier gaande, den tegenoverliggenden kant.
Daarom spoed ik mij voort, hoe mij de eiken- en beukenbosschen ook tarten met al den gloed hunner stoute en schitterende kleuren. Allengs begroet ik de kenteekenen van den heigrond.
Al spoedig nadat we de han hadden verlaten, voerde het pad ons in een der prachtige beukenbosschen van Bosnië. Reuzenbeuken stonden als schildwachten aan elken kant van den weg, en waar hun gesloten gelederen niet geheel het zonlicht hadden afgesloten, filtreerden gouden lichtstrepen door het gebladerte en vielen over ons pad.
Hebben hutjes dan een park, waar beukenbosschen en kreupelhout van hazelaars zijn? En waar je velden met loofboomen en eikenhagen en rijen dennen vindt, en een hertenkamp vol herten, wou, wou, wou! Noem je dit een hutje? Heb je ooit een hutje gezien met zooveel bijgebouwen, dat het wel een heele stad leek?
Het landschap wordt spoedig na het verlaten van Kopenhagen veel belangwekkender; men heeft er hier en daar heerlijke kijkjes op de zee; spoort langs fraaie landgoederen en door prachtige beukenbosschen tot men te Helsingör aankomende weêr met eene stoompont overgezet wordt naar Helsingbörg in Zweden.
Hoofdzakelijk bewoont hij het Middelgebergte, bij voorkeur droge eiken- en beukenbosschen. Over dag houdt hij zich verscholen, tegen den avond komt hij uit zijne schuilplaatsen te voorschijn, zwerft 's nachts rond en zoekt zijn voedsel. Zoo leeft hij zoolang de zomer duurt. Waarschijnlijk zijn weinig Knaagdieren vraatzuchtiger dan de Zevenslapers. Hij vreet zoolang hij iets te vreten heeft.
De geheele onderzijde is geelachtig wit. Het vaderland van den Aard-eekhoorn van de Oude Wereld bestaat uit een groot deel van Noord-Azië en een klein stuk van Oost-Europa. Hij is een woudbewoner en komt zoowel in naaldboombosschen als in beukenbosschen voor, het veelvuldigst echter daar, waar vele Russische ceders of arven groeien, welker (ook voor den mensch) bruikbare zaden, hij gaarne eet. Onder de wortels van deze boomen graaft hij zijn tamelijk kunsteloos, eenvoudig hol, dat uit het eigenlijke nest en één, twee of drie voorraadkamers bestaat, welke ruimten het dier door een lange gekronkelde gang kan bereiken. Het voedt zich met zaden en bessen, maar vooral met noten en graankorrels; van deze beide voedingsmiddelen bevatten zijne voorraadschuren in sommige winters 5
Hij liep tot aan zijne knieën in de brem, dwars over een open veld in de beukenbosschen, die verscheidenheid brengen in het park van luitenant-kolonel Hick, en hij droeg zijn geweer gelukkig voor hem een dubbelloops over zijn schouder, toen hij het ding het eerst in het oog kreeg.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek