Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 juli 2025


Klein-Azië en de Bagdadspoorweg. Indrukken van een verkenningstocht door Klein-Azië door J. H. Cohen Stuart. Amsterdam. J. H. de Bussy, 1909. Welk tijdschrift het is, zegt de schrijver niet, maar er is een tijdschrift geweest, dat den auteur plaatsing van zijn actueel artikel toezegde, maar daarna het manuscript een vol jaar in portefeuille hield.

Deze enkele voorbeelden kunnen doen zien, hoe noodzakelijk het is het object van auteursrecht binnen vaste grenzen te houden en er alleen datgene toe te rekenen, wat vrije schepping van den auteur is, in dit geval dus de uiterlijke en de innerlijke vorm, niet de inhoud.

Hier wordt niet geredeneerd, niet verhandeld; elke observatie van den auteur is raak, want intuïtief en bliksem-hel door hem zelf gezien, zóó gezien, dat in het uiterlijkheidsleven het innerlijk ligt onthuld.

Het auteursrecht, gebaseerd op auteurschap, komt uit den aard der zaak alleen aan den auteur, den schepper van het product van kunst of letterkunde, en diens rechtverkrijgenden toe.

Het eerste systeem, het nationaliteits-stelsel, neemt als criterium aan de nationaliteit of woonplaats van den auteur. De wet beschermt dus alleen werken van auteurs die tot het Rijk behooren of in het Rijk woonachtig zijn.

Hij onderscheidt aan alle werken: 1o Den uiterlijken vorm, d.i. wat ik hierboven kortweg den "vorm" heb genoemd, dus de taal. 3o Den inhoud van het geschrift, de kern, die onder den uiterlijken en innerlijken vorm verborgen zit, d. w. z. datgene wat de auteur had te zeggen, los van alle uitdrukkingsmiddelen, waarvan hij zich bediend heeft.

In sommige gevallen kan dit als eene soort deloyale concurrentie worden beschouwd, indien er nl. kans is dat het oorspronkelijke werk met de bewerking wordt verwisseld. Doch voorzoover hierbij een recht van den auteur in het spel is, is dit niet het auteursrecht, maar het persoonlijkheidsrecht.

De vergissing van den sociaal-demokratischen auteur in het bijzonder, is zijn geloof aan een eigen, wel-doordachte, wils-rijpe levenslijn.

Hier zien wij duidelik 't mytiese dat hier aan ten grondslag ligt, en de dame durft zich niet met hem inlaten, vóór zij de zekerheid verkregen heeft dat hij geen kwade geest is, nu weet de kristelike auteur er zeer naïef en onbeholpen niets beter op dan de ridder het H. Avondmaal in de toren te laten gebruiken!

De strekking der hierboven afgeschreven bepaling is nu deze, dat in zulk een geval de bescherming in die andere landen niet herleeft, indien zij daar reeds, doordat de auteur voor meer dan dertig jaar gestorven was, had opgehouden te bestaan.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek