United States or Cyprus ? Vote for the TOP Country of the Week !


Na nog enkele schreden gegaan te zijn, stond hij bij de ijsbaan en herkende terstond te midden van alle schaatsenrijders haar. Zij stond aan de overzijde in gesprek met een andere dame. Oogenschijnlijk was er niets bizonders aan haar, noch in haar houding, noch in haar kleeding, maar voor Lewin was het even gemakkelijk haar onder die menigte uit te vinden als een roos onder brandnetels.

Nicolai Tscherbatzky, Kitty's neef, zat met korte jas en nauwe broek en schaatsen onder de voeten op een bank en riep, zoodra hij Lewin gewaar werd, dezen toe: "Aha, de champion der schaatsenrijders! Sedert wanneer hier? Waar hebt ge de schaatsen?" "Ik heb er geen meegebracht," antwoordde Lewin, zeer verwonderd over zich zelf, dat hij in haar tegenwoordigheid zoo onbevangen spreken kon.

Prins Willem Hendrik, die een aartsliefhebber van schaatsenrijden was en zich gaarne op den Vijver voor het Binnenhof met die kunst vermaakte, had zich met zijn goeverneur, zijn page Jan Theodoor Baron van Freisheim, zijn kamerdienaar en eenige lakeien naar het veldijs begeven, reeds zwart van de menigte van schaatsenrijders; niet om de vlugge wendingen aan te zien, maar om zelf zich met rijden te vermaken.

De baanvegers hadden weinig te doen, want het ijs was spiegelglad. Des te meer tijd hadden zij om geld op te halen. "Een centje voor den baanveger!" klonk het hier. "Een centje voor den baanveger," klonk het daar. 't Leek wel, of de baanvegers uit den bodem van het kanaal opstegen, zooveel kwamen er. Maar de schaatsenrijders genoten volop, en zij hadden een gulle bui.

Het aantal schaatsenrijders op den vijver nam zienderoogen af; op de bank waar zij nog steeds zaten, schenen Maud's familieleden sinds een poos een stil conciliabuul te houden; en eensklaps stond de oude heer stram overeind, wenkte mij tot zich en vroeg of ik soms zin had, met hem en zijn familie thee te gaan gebruiken.

Hij had een angstkreet gehoord van den kant der molensloot, en spoede zich met andere schaatsenrijders derwaarts. Toen hij er aankwam, was reeds een groote menigte volks verzameld, die om een wak stond te kijken. Zoodra de Prins kwam, week men eerbiedig voor hem terug. "Wat is daar te doen?" vraagde hij aan een der omstanders. "Er ligt een knaap in het water, Uwe Hoogheid!

Hij houdt den baas gezelschap. Die moet natuurlijk den heelen middag alleen in huis blijven. Maar hij zal zich wel redden. Ik zal de tafel bij zijn bed schuiven en alles, wat hij noodig heeft, daarop klaar zetten. Vóór twee uur van middag behoef ik niet in de tent te staan, en om vijf uur kan ik wel al weer thuis zijn. Dan wordt het donker en gaan de schaatsenrijders naar huis.

Een schots lag er naast, om de schaatsenrijders te waarschuwen. "Dat zijn bijtjes van de visschers," zei Jan. "Die brengen er hunne netten door onder het ijs. Ik wed, dat ze heel wat vangen." "Dat denk ik ook," zei Karel. "Als je nagaat, wat wij al hebben, kun-je wel begrijpen, wat zij moeten vangen."

Buiten zijn grachten en slooten tot ijs gestold, hebben vele vroolijke schaatsenrijders gedragen, en zijn weer ontdooid; dagen zijn nachten geworden en nachten dagen, maar voor háár waren de grenzen tusschen die beide uitgewischt. Zij leefde niet. Voor haar was het alles te zamen als één lange, treurige nacht.

Zijne vriendelijk ernstige trekken deden in hem herinneringen ontwaken van het verlaten huis. Dorus meende sneeuw te bespeuren op dat eerwaardige hoofd; hij meende kerstlichtjes te zien glanzen in des grijsaards goedige oogen: vóór hem, aan den zilverblauwen hemel, ontrolde zich een visioen van ijs en schaatsenrijders, baanvegers en warme melk, door twee kokospalmen omlijst.