United States or Bahrain ? Vote for the TOP Country of the Week !


Doe je haar op die aardige manier van laatst en steek een roode roos in je manteltje; die kleurt je goed, en je ziet er anders in je donkere pak wat al te stemmig uit. Krijg nu je lichte handschoenen en dat geborduurde zakdoekje. Wij zullen even bij Meta aangaan, om haar witte parasol te leen te vragen; dan kun jij mijn lichtgrijze gebruiken."

Deze snapper, tuk om zijnen patroon eens te doen bemerken dat hij méér wist dan tweemaal twee is vier, vertelde alles in vertrouwen aan den kostschoolhouder. Deze bracht het onder de roos aan zijne vrouw over.

Wat haar betreft, zij had hem, die zich in den meest verwijderden hoek der zaal bevond, niet dadelijk opgemerkt: en haar aandacht was terstond op haar voogd gevallen, die met een treurigen blik haar te gemoet kwam. "Madzy! Madzy!" zeide hij zachtjes, terwijl hij weemoedig het hoofd schudde: "Ik had de Roos van Dekama niet over zee moeten medevoeren!"

"Een zoo schoone bloem," zeide Deodaat, "zoude elken hof versieren; doch waarlijk, zulk een antwoord mag ik niet terugbrengen." "En echter zal men zich daarmede moeten vergenoegen," zeide Adeelen op een norschen toon: "het is niet om het gegons van Hollandsche hofhommels te hooren, dat de Roos van Dekama hier gekomen is."

De onze zullen eenmaal grootmoeder weerzien, jong en schoon, zooals zij voor de eerste maal de frissche, roode roos kuste, die nu stof in het graf is. In de warme landen brandt de zon zeer sterk; daar worden de menschen zoo bruin als mahoniehout; ja, in de warmste landen worden zij zelfs tot negers gebrand. Naar deze warme landen was een geleerd man uit de koude streken vertrokken.

Eindelijk vond hij weer een roos; deze werd zijn huis; achter haar fijne en geurige bladeren kon hij wonen. Alle morgens vloog hij naar het raam van het ongelukkige meisje; zij stond altijd bij den bloempot en weende.

Hij keerde zich snel om, klapte in zijn handen vóor Felix, nam hem onder zijn armpjes op en hield hem in de hoogte boven zijn hoofd, lachende, en met zijn goedig-lichtzinnige uitdrukking, zeggende; kijk, nou beê-je nog grooter als ik! En met Felix op zijn schouder ging hij in den tuin om een roos voor zijn knoopsgat te plukken.

Hij rook er aan, en hij dacht aan de mooie neveling, die hij gansch den nacht had liefgehad. Met loome schreden liep hij huiswaarts: Wat zou er geschieden, wanneer hij zijn meisje weder ontmoette? Wat zou hij zeggen? Als hij haar eens moest verklaren, hoe hij aan de roos kwam. Wanneer ze hem dezen avond bij de berken wachtte, opdat ze samen zouden gaan, zooals 't vroeger hun gewoonte was.

Maar zie, het jongske trekt de roos weer uit den halsband, en vliegt er mee naar.... hém; ja naar hém; en kust hem, en trekt zijn Ma'tje erbij, en omstrengelt ze beiden, zijn vader en moeder. En ginds van verre staat het schaapje en blaat als schreiend: blê, blê! Jochem van 't Kraaiennest was geschrokken.

Evenwel het is Jan Edeling; en ik geloof, dat de oude Heer, om geen waerelds goed, het anders zou dulden. Alles gaat naar wensch: den gehelen nagt geslapen als een roos; het Kind ook. Zy is reeds in allen opzichte Moeder: 't is een bekoorlyk Kraamvrouwtje!