United States or Tanzania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen de horlogemaker van het slot getransporteerd werd, was Frits Sahlmann natuurlijk medegegaan, alléén maar om te zien, hoe den arrestant de zaak wel zou aanstaan, en of hij ook soms op den loop ging; doch dat laatste geschiedde niet.

Er werd buiten aan de deur geklopt en de politiedienaar Luth kwam binnen met: "'t Kompliment van mijnheer den burgemeester, en de zaak stond heel slecht voor den horlogemaker en den molenaar, en of mijnheer de baljuw wel zoo vriendelijk wou zijn, om zoodra mogelijk ginder te komen; maar vooral mamsel Westphalen meê te brengen, want haar getuigenis was hoofdzakelijk van groot gewicht."

Wat hem betrof, hij wist verder niets, dan dat die kerel als een roover bij hem gekomen was, en zich als een zwijn had gedragen, en dat zijne lieden en de horlogemaker Droi hem gezegd hadden, dat de Gielowsche molenaar hem op zijn wagen meêgenomen had; want gezien had hij hem niet. De overste vroeg nu, hoe toch de horlogemaker Droi in Fransche uniform kwam.

En Hare Hoogheid kwam in eigen persoon, dwars over de markt, maar van den anderen kant, en zoo kwam zij Kevenhüller tegen. Dat was een ontmoeting voor een eenvoudig horlogemaker. Zij had schitterende groene oogen en licht, golvend haar, dat bijna op den grond hing, en zij was gekleed in groene zijde met weerschijn.

De adjudant zag mijn' vader woedend en kwaadaardig aan, alsof hij hem gaarne zijn degen' wilde doen voelen, de overste trad nader met een gelaat, waarin een geheel onweder opkwam, en hij wenkte met de hand, dat men den horlogemaker weg zou brengen; doch mijn vader, die zijn toorn nu niet langer bedwingen kon, sprong naar voren en riep: "Halt, die man is onschuldig: en zoo hier iemand schuld heeft, dan ben ik het, want op mijn verlangen en bevel heeft hij dat alles gedaan: indien hier iemand gearresteerd moet worden, dan ben ik het."

"Ik ken een horlogemaker die uw horloge wel zal koopen." "Goed." "Neen, dat is niet goed. Wat zult ge verder doen?" "Alles is mij om 't even, mits het eerlijk zij." "Verstaat ge Engelsch?" "Neen." "Verstaat ge Duitsch?" "Neen." "Des te erger." "Waarom?"

Wat nu den horlogemaker Droz betreft, hij was van geboorte een Neufchateller; hij had vele potentaten gediend, ook de Franschen, en later was hij in mijne vaderstad blijven hangen, daar hij er met eene weduwe getrouwd is.

"Hou je snater, jongen!" fluisterde de raadsheer Herse zeer ernstig, "wilt ge hier je doodvonnis op de openbare markt uitschreeuwen? Voor 't leven van den horlogemaker geef ik geen groschen, want dit is zeker, dat de molenaar en zijn Frederik den chasseur doodgeslagen hebben...." "De molenaar niet," valt Frits hem in de rede, "de molenaar bestond gisteren louter uit brandewijn en barmhartigheid."

"Dat gaat niet, Netje; zij moet voor den dag komen, want zij moet getuigenis afleggen voor den horlogemaker en voor den molenaar; 't kan die beiden anders den hals kosten. Als ik maar wist, waar die bengel, die Frits Sahlmann, was, die weet van de heele zaak af. En jij weet niet, waar hij is, Fiek?" "Neen mijnheer." "Nu, dan kunt gij heengaan."

Een wonderlijk man was die vriendelijke tafelgenoot: hij was een napolitaansch horlogemaker, die over Penang naar Italië terugkeerde, na gedurende tien jaren rondgezworven te hebben door China, de Philippijnen, den Maleischen-archipel en Australië.