United States or São Tomé and Príncipe ? Vote for the TOP Country of the Week !


Fijn rundergehakt. Men neemt evenveel rund- als varkensvleesch, dat men zoo fijn mogelijk hakt, en voor 5 ons vleesch voegt men er 1 1/2 ons boter, 2 eijeren, het wit tot schuim geklopt, en een paar in melk geweekte sneden wittebrood bij, waarvan de korst is afgesneden, met wat zout, peper, notemuskaat en foelie.

Dan staarde zij voor zich, vaag, droomerig. De hardheid van haar gelaat was verdwenen; nu en dan glansde er iets op als een glimlach. Plotseling sprong zij overeind. Men had geklopt. "Wie is daar?" "Open", antwoordde Nantas. De verrassing was zoo groot, dat zij werktuigelijk de deur opende. Nog nooit was haar man zoo bij haar binnengekomen.

Hoe innerlijk vreemd de twee tegenover elkander stonden, blijkt o.a. uit een der "bewijzen" die Rousseau na zijn breuk met Hume, voor diens "verraad" aanhaalde: toen Rousseau op een goeden dag in een oogenblik van hevige gemoedsaandoening, Hume snikkend om den hals viel, had deze als eenig antwoord hem een paar keer kalmeerend op den schouder geklopt, herhalend: "maar mijn lieve meneertje, kom kom, mijn lieve meneertje."

Was de fourier zoo deerlijk geklopt geworden; dit mocht hij slechts aan zich zelven wijten; want had hij, Kobus Noppe, de kaart in de hand gehad, zeker de sergeant-majoor zou geene drie slagen opgehaald hebben. Hij was gereed, het hun te bewijzen, indien de fourier toestemde, hem met dezelfde kaarten tegen den sergeant-majoor te laten kampen.

»En toen er den vorigen winter op een avond aan de deur geklopt werd, en wij bij het opendoen niets vonden dan eene mand vol levensmiddelen, die daar was neergezet, hebben wij toen een oogenblik getwijfeld, of wij dat wel zouden aannemen? Ik weet nog best, hoe blij je toen waart, Trijn.» »Geen wonder! We hadden ook geen kruimel meer in huis. En die mand werd ons thuisbezorgd

Eline zag de rol van Xaïma verder in, en zij hief het hoofd hoogmoedig op en maakte een edel gebaar met de hand, terwijl zij kuchend zong. Er werd nogmaals geklopt. Ach! wat moet dat toch? riep Eline, opnieuw verschrikt en geërgerd. Mag ik even binnenkomen, juffrouw Vere? vroeg een tweede stem, vriendelijk en een weinig deftig.

Waar zijn me de laurieren? Thestylis, breng ze! Waar de tooverkruiden? Omkrans de schaal met de roode wol van een schaap, opdat ik den tegenover mij hardvochtigen man, dien ik toch zoo lief heb, moge boeien, die sinds twaalf dagen, o, die ellendeling! nog maar niet komt, en niet weet of ik gestorven ben of nog in leven en niet aan mijne deur heeft geklopt, die wreedaard!

Het gebeurde eens op een mooien dag, dat de lieve God zich in den Hemeltuin een beetje wilde vertreden; hij nam alle apostels en heiligen meê, en niemand bleef meer in den Hemel, dan de heilige Petrus alléén. De Heer had hem bevolen, in zijn afwezigheid niemand binnen te laten, en Petrus stond dus aan de deur en hield de wacht. Na een poosje werd er geklopt.

Het karretje kon toen niet verder dan een twintig passen van het huis verwijderd zijn. Zou het stilhouden, of.... voorbijrijden? Ieders hart klopte bijna hoorbaar. Het karretje stond stil. Men hoorde iemand roepen.... Het was niet de stem van Ole Kamp! Bijna op hetzelfde oogenblik werd op de deur geklopt. Joël stond op en opende haar. Een man stond op den drempel.

Apollo en Diana afgeschuierd wordende, de eerwaardige rug van Ignatius geboend met zeemen lappen, Bijnkershoek en Flavius Josephus, Herodotus en Guicchardini, door armen met opgestroopte mouwen uit hunne rustige standplaatsen gehaald om alle naderhand weder op verkeerde plaatsen neergezet te zullen worden; risten boeken uit eene onhandige omarming qui trop embrasse, mal étreint uitspattende en van eene hoogte van zes planken neertuimelend, de kerkvader Eusebius en Buma's boerenbruiloft, tegen elkander geklopt, dat de profane en geestelijke stofwolken door elkander vlogen en de oude kerkvader in zijn hoornen band ontwricht werd!