United States or Latvia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Guy leidt zijn vrouw weg van dit wanhoopstooneel; doch als zij zich bij de deur nog eenmaal omwendt om haar vader, die nu geheel alleen is, een laatsten blik toe te werpen, begint Hermoine te huiveren en te snikken in de armen van haar echtgenoot. De ijzeren Hertog knielt voor het altaarstuk, waaruit de oogen zijner dochter op hem neerzien en hij snikt hij, die nooit te voren geweend heeft.

In de volgende verzen wordt de smart der bruid nog onbestemder, algemeener en daardoor nog poëtischer uitgedrukt: Wat huilt de wind, wat zucht het woud! Wat zwaait de lelie op en neêr! Doch de wind, zij huilt noch loeit in 't woud Noch zwaait de lelie op en neêr! De teedere maagd, het meisje weent, Haar bruidskrans slingert heen en weer. Hebt ge over uw moeder geweend?

Boven in een van de torens zitten juist Antigone en Salamandre bij hun borduurraam naar de strijd te kijken; vergeefs tracht de laatste de wanhopige koningsdochter in te houden. »Gij zijt van koninklijk geslacht," zegt zij eigenaardig genoeg, »en moet u kunnen beheersen, opdat men u niet lake," maar nog geen week later heeft Antigone zich dood geweend.

De alchimisten zochten daarin de grondstof van hun goudtinktuur en van den drank, die de eeuwige jeugd verleent. In heidensche tijden hield men het voor de tranen, door Frija geweend over het vertrek van haar gemaal, en de Christelijke volksfantasie heeft deze in Mariatranen herdoopt.

"Kom!" zei de Tempelier; "gij, de aanvoerder van eene vrij-bende, stoort u aan de tranen eener vrouw! Eenige droppels, op de liefdetoorts gesprengd, doen de vlam des te feller branden." "Grooten dank voor eenige droppels," hernam De Bracy; "maar dit meisje heeft genoeg geweend, om het licht van een vuurbaak uit te blusschen.

Maanden lang bleef Columbus in volkomen onzekerheid, wat hun overkomen was. Dit blijkt uit de volgende aanhaling, al is die dan ook onsamenhangend, uit zijn dagboek: "Tot nog toe heb ik over anderen geweend. Maar nu, o hemel! heb medelijden, en ween over mij, o aarde!

Toen bracht mijn geest mij naar het ver Verleden, Waarvan de tijd steeds verder, verder schrijdt... En ’k heb geweend, en heb mij diep verblijd Met de’ oermensch, vader van de ruwe zeden. Hoe spreekt zijn zielzucht in die zielsgebeden, Hoe heeft hij vrouw en kind zijn hart gewijd! Hoe wordt de steenen akst, die schedels splijt, Gezwaaid door de ijz’ren spier en naakte leden!

Het meisje scheen geweend te hebben: althans haar oogen waren rood en haar lief rond gezichtje stond treurig. "Helaas!" dacht Bouke, "men moet huilen met de wolven: die met pek omgaat wordt beklad: het arme kind schreit zeker uit gezelschap mee. Goemorgen Freule!" vervolgde hij overluid: "komt ge het jonge goedje eens bezien?

De oude vrouw ging heen, en toen zij weder binnentrad, viel het flikkerende licht der lamp, die zij droeg op een beschreid gelaat, 't welk te voren door de schemering onzichtbaar was. "Gij hebt geweend, tante?" vroeg Liesje en boog zich tot haar over. "Nu ja, kind, dat gaat zoo laat dat maar! Ik wilde dezen avond een paar woorden tot u spreken, daar het uw verlovingsdag is."

Denzelfden ochtend, dat hij te paard steeg en vertrok, ging de donna naar den heiligen broeder en na veel krokodillentranen te hebben geweend zeide zij: Mijn vader, ik zeg U nu eens en vooral, dat ik het niet meer kan uithouden, maar omdat ik vroeger U beloofd heb niets te doen zonder het U te hebben gezegd, ben ik gekomen om mij te verontschuldigen en opdat gij gelooft, dat ik reden heb om te schreien en te klagen, deel ik U mede, wat Uw vriend of liever die duivel uit de hel mij vanmorgen leverde.