Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 mei 2025


Dit hoen, even als andere zoorten van Pluviers, zwemt nooit; zyn kop is verciert met een scharlaken hanekam, en kleine peerlen scheiden hem den bek van de oogen af, even als de Moscovische eendvogel. Men vindt de gewapende Pluviers altoos by koppelen; en wanneer zy vliegen, fluiten zy vry aangenaam.

Een fraaie Poedel moet geheel wit of geheel zwart zijn; hoogstens mag hij op zijn overigens zuiver zwarte vacht een witte bles of een borstvlek hebben. De Poedel verraadt zijn verwantschap met de overige Zijdehonden, doordat hij zooveel van het water houdt. Hij zwemt goed en gaarne, en kan ook wel voor de jacht afgericht worden.

De Kokmeeuw beweegt zich op een zeer bevallige en behendige wijze en zonder merkbare inspanning. Zij loopt snel en geruimen tijd achtereen, volgt soms uren lang den ploegenden landman of houdt zich op weiden en akkers met de vangst van Insecten bezig; zij zwemt zeer sierlijk, maar niet bepaald snel en vliegt zacht, als 't ware op haar gemak.

In deze woning brengt de Water-spitsmuis in oorden waar veel geloop is, gewoonlijk den geheelen dag door; daar, waar zij geen vervolgingen heeft te vreezen, is zij, vooral in de lente gedurende den paartijd, ook over dag druk in beweging. Zelden zwemt zij bij den oever langs, liever gaat zij dwars door het water van den eenen oever naar den anderen.

Nu eens zwemt hij zijn meester vooruit, dan weer achter hem aan, gaat duikend onder hem door, alsof hij hem een eind weegs wilde dragen of ondersteunen, kortom, hij wil in 't water voortdurend spelen. Als eindelijk zijn meester zich vermoeid naar den oever begeeft, tracht de Hond hem tot een nieuwen wedstrijd over te halen.

In het water zijnde, zwemt deze hagedis zeer gemakkelijk en vlug door eene slangvormige beweging van het lichaam en den afgeplatten staart, terwijl de pooten onbeweeglijk en aan weerszijden dicht naar het lijf zijn opgetrokken.

Wij varen dicht langs eene zandbank, waar drie of vier dezer monsters zich in de zon liggen te koesteren. Zij gaan te water en een van hen zwemt naar het vlot. Apatoe wil hem een poets spelen.

"O! welk een groote steen! men zou zeggen dat hij zich verroert...... En kijk eens, dien boom, een waren boom met takken!... O! en daar hebt gij een visch! Hij zwemt pijlsnel door". Maar eensklaps riep zij uit: "Wat is dat toch? Een bruidbouquet! Hoe! bruidsbouquetten? Zie slechts, of men niet zou zeggen dat het witte bloemen zijn. Het is heel, heel mooi".

Naar men zegt, gaat zij zoowel over dag als 's nachts voedsel zoeken; zij zwemt met groot gemak en kan zich ook op 't land vlug en behendig bewegen. Haar voedsel bestaat, naar bericht wordt, uit vischjes en andere kleine waterdieren en uit vischkuit; de groote wangzakken doen echter vermoeden, dat dit dier bovendien ook plantaardige stoffen niet versmaadt.

Zij kan verbazend groote, boogvormige sprongen doen en op deze wijze breede slooten, hooge heggen en struiken zonder merkbare inspanning overschrijden; ook zwemt en klimt zij goed. Zij hoort, ruikt en ziet voortreffelijk, is listig en voorzichtig, maar toch tevens zachtmoedig.

Anderen Op Zoek