Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 7 juni 2025


Hunne neusgaten zijn niet in den snavel gelegen, maar daarachter, in een inham aan weerszijden van den bij het voorhoofd afgeplatten snavelrug. De staart is lang en min of meer trapvormig.

In de bosschen ten westen van den Missouri is het niet bijzonder zeldzaam, in de oostelijke gewesten daarentegen is het nagenoeg uitgeroeid. Dit onderscheidt zich door een ineengedrongen romp en den korten, afgeplatten of verbreeden staart, die aan de bovenzijde met stekels, aan de onderzijde met borstels bezet is.

Door hun zeer afgeplatten vorm hebben de veerbooten weerstand kunnen bieden aan de hooge golven, die op de kust aansloegen onmiddellijk na de eerste schokken.

Zij zijn gedrongen gebouwd, hebben een kleinen kop met scheef afgeknotten snuit en kleine, door harde lippen begrensde mondopening, een zeer langen hals, een duidelijk waarneembaren, zijdelings afgeplatten staart en tamelijk korte, krachtige ledematen; zoowel de voorvoeten als de achtervoeten zijn met drie zeer sterk zijdelings samengedrukte, sikkelvormige klauwen voorzien.

Dit bedrog vond zijn oorzaak in de convergentie der lijnen, die van de verschillende toppen naar het oog des waarnemers werden getrokken, evenals de stralen van een halven cirkel in zijn middelpunt convergeeren; en wegens de helderheid van den dampkring en de afwezigheid van alle tusschenliggende voorwerpen, was het niet mogelijk over den afstand der verst verwijderde toppen te oordeelen: zij schenen in een eenigszins afgeplatten cirkel te staan.

In het midden der uitsnede van het vest, over het heldere witte hemd daalde uit den boord een lang rood dasje, smal als een veterband en op het hoofd droegen ze een afgeplatten hoed van zwart fluweel, met dotvormige ballen belegd op de zijstukken; terwijl eindelijk achter uit de kruin van het hoofd het torerostaartje hun hing te bungelen in den nek, met een dikke, zwarte knoedel boven aan de inplanting.

Ik herkende den Zuidelijken walvisch, aan den afgeplatten, geheel zwarten kop. Hij is van den noordkaper of noordelijken walvisch onderscheiden door de aaneenhechting der zeven halswervels en doordat hij twee ribben meer heeft dan zijn noordelijke natuurgenoot. De ongelukkige walvisch lag op zijde; de potvisschen hadden hem verscheiden wonden in den buik toegebracht; hij was dood.

In het water zijnde, zwemt deze hagedis zeer gemakkelijk en vlug door eene slangvormige beweging van het lichaam en den afgeplatten staart, terwijl de pooten onbeweeglijk en aan weerszijden dicht naar het lijf zijn opgetrokken.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek