Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juni 2025


[p.277] Ik heb in elk dezer beide strophen een regel gecursiveerd, om op tweeërlei verschil in opvatting tusschen Boutens en den middeleeuwschen dichter al vast de aandacht te vestigen. Zooals Beatrijs bij de eerste ontmoeting met den ridder reeds, "zag in oogen brandend klaar smart die zij niet verstond," zoo meent zij nu de kreet van een "ziel in nood" te hooren. Hier niet de frissche, geestelijke-èn-zinnelijke liefde van de middeleeuwsche non, die, door "den duvel" met "vleescheliker sonde becord", haren, even als zij hartstochtelijk-verliefden, minnaar toch zich roept; maar hier het romantische bleeke-plaatjes-nonnetje; hier het decadent-moderne vrouwtje, dat dóór het medelijden met het leed van den zoo smachtend op haar verliefde, pas tot de lièfde komt: de minnares-in-verpleegsterscostuum! Hier ook niet de langzame ontwikkeling van het gevoel, de jaren door, tot het 't overheerschende alvermogende wordt, maar hier de verliefdheid-op-'t-eerste-gezicht, zoodat dan ook hier "de zoete Beatrijs" tegelijkertijd kinderlijker, heilig naïef èn in oneindig mindere mate martelares èn zondares is, dan die van den middeleeuwschen dichter, die, nog afgezien van al het andere, al vast het kloosterleven is ingetreden met een aardsche en onverwonnen liefde in 't hart, waartegen zij zelfpijnigend heeft gestreden. En dat in oneindig mindere mate martelares- en zondares-zijn waardoor zij voor ons tevens heel wat aan mede voelbare menschelijkheid inboet! accentueert zich ook in het verschil tusschen de beide soorten zekerheid ten opzichte van de te plegen zondige liefdedaad, welke beiden Beatrijs-figuren respectievelijk eigen is. De zekerheid van de middeleeuwsche Beatrijs is die van eene die er gewis van is hare zedelijke nederlaag te moeten erkennen; die er zeker van is, haar hartstocht te mòeten gehoorzamen en haar heiligsten plicht te moeten verzaken; de zekerheid daarentegen van Bouten's Beatrijs is die van eene die voelt dat een afschijning van de zuivere caritas: het hooger-menschelijke medegevoel met hem die lijdt, haar lager-menschelijke liefde heiligt. Háár zekerheid is die van eene, wie de onoverwinnelijke drang tot het vervullen van een l

Ik zal er wel niet op behoeven te wijzen hoè bekoorlijk van sprookjes-schoonheid, dit veranderen van het houten beeld in de levende Maria is; noch hoe schoon de vergelijkingen zijn: "als viel een ster"; "verlichte geur"; of hoe suggestief-beeldend dat 't kindeken-van-haar-arm-afzetten is; dan wel hoe breed en wijd, in die eenvoudige woorden: dat "Maria als een menschkind zoo bloot en arm op 't kille steen stond," heel de Christus-tragiek zelve: menschwording, lijden, eenzaamheid en armoede, ter wille der menschheid, voor ons opdoemt. En waar ik mij overigens toch zooveel mogelijk met aanhalen dien te beperken gij moet dan ook vooral zèlf het zeer makkelijk leesbare gedicht lezen zal ik maar even navertellen dat de verdere inhoud van het begin dezer zang is, dat de Heilige Maagd nu de gedaante van Beatrijs aanneemt, haar kleeren aantrekt en haar dienst aanvaardt. Maar na dit gedaan te hebben, moet ik u alweer onmiddellijk doen opmerken, dat zoo schoon als deze vondst van onzen dichter nu ook zij, en in hoe zuivere verzen verwerkt, toch ditzelfde gedeelte tevens een aanmerkelijke compositorische zwakte van het gedicht aan het licht brengt. Zooals mét het elimineeren van het bewust zondares-zijn uit de Beatrijs-figuur, tevens noodwendig het sterkste dramatische conflict, dat "tusschen den zondaar en den heilige," zooals ik 't noemde, uit het gedicht moest verdwijnen; zóó verdwijnt ook hier, nu de lezer, onmiddellijk reeds bij het vertrek van Beatrijs weet, hoezeer Maria haar genadig is en w

Woord Van De Dag

sexualiteit

Anderen Op Zoek