Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 oktober 2025
»»Eerst, d'erffpacht van vyff en 't zeventich Wilhelmus schilden, verscheynende tot twee termynen 't jaer die de voorschreven stede jaerlycks schuldig is, van 't vroon tusschen Leyden ende Haarlem, voor de somme van twee duysent achhondert ponden van XL grooten Vlaemsch 't pondt: Item, &c."
Wij streven er dus in dit leven in de eerste plaats naar om het kinderlijk lichaam, voorzoover zijn aard dit gedoogt en voorzoover het nuttig voor hem is, te veranderen in een dat tot velerlei bekwaam is en bij een Geest behoort die zich zoo sterk mogelijk bewust is van zichzelf, van God en van de dingen. Stelling XL. Hoe volmaakter eenig wezen is, hoe meer handelt het en hoe minder lijdt het.
Stelling X. Bewijs. Aandoeningen welke in strijd zijn met onzen aard, d.w.z. St. St. St. XL en Opmerking St. St. I v.d. H.t.b.w. Opmerking: Door dit vermogen om de indrukken des Lichaams juist te rangschikken en aaneen te schakelen, kunnen wij er voor zorgen dat wij niet licht door slechte aandoeningen worden aangegrepen. St. VII v.d.
Opmerking: Deze Droefheid, vergezeld door de voorstelling onzer machteloosheid, wordt Neerslachtigheid geheeten; de Blijheid daarentegen, welke uit de beschouwing van onszelf ontspruit heet Eigenliefde of Tevredenheid met zich zelf [Zelfvoldaanheid]. En aangezien deze laatste zich even dikwijls herhaalt als men zijn deugden of zijn vermogen tot handelen beschouwt, is het gevolg hiervan dat elkeen brandt van begeerte om van zijn eigen daden te verhalen en zoowel zijn Lichaamskracht als zijn geestelijk kunnen ten toon te spreiden, en dat de menschen elkaar om deze reden dan ook tot last zijn. Waaruit wederom volgt dat de menschen elkaar van nature benijden (zie Opmerking St. XXIV en Opmerking St. XXXII v.d. D.), ofwel dat zij zich verheugen over de machteloosheid en daarentegen bedroeven over de flinkheid van huns gelijken. Immers zoo dikwijls zich iemand zijn eigen handelingen voorstelt, zoo dikwijls zal hij zich (vlg. St. LIII v.d. D.) verblijden, en dat wel te meer naarmate hij zich die handelingen duidelijker en als uitdrukking van hooger volmaaktheid voorstelt; d.w.z. (vlg. wat in Opmerking I St. XL D. II betoogd werd) hoe meer hij ze kan beschouwen als bijzondere daden, van andere wèl onderscheiden. Vandaar dat ieder zich bij de beschouwing van zichzelf d
XXXVIII. Voorwereldlijke overblijfselen. Een menschelijk lichaam. De reus van Palermo. Onderzoek van een lijk. Een onmetelijk knekelhuis. XXXIX. Voorwereldlijke planten en dieren. Mosplanten. Mastodonten. De aapmensen. Niet op het uitgangspunt terug. Een dolk. Eene echte dagge. XL. Arne Saknussemm. Altijd dalen. De schepen verbranden. Een weg voor de lava. De mijn moet springen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek