Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 oktober 2025


Wij wesen van neen, gingen terstont met haer werck weder voort ende brachten ons tweemael daegs wat eeten.

Dat is een geheel ander werck, als het 1810 gene waer van wy nu gesproken hebben, en ick en ben jegenwoordelick* niet gesint om in het ondersouck van het selve te treden.

Maer wat is quaet te doen! wat heb ick drouve slagen Om dit ondeugend'* werck in mijne ziel gedragen*! Hoe was ick evenstaegh gepijnight in den geest! 1215 Wat heb ick niet gesorght*! wat heb ick niet gevreest! Wat heb ick menighmael mijn herte voelen beven, En drillen* als een riet van harden wint gedreven!

Want "door-leest vry trou-gevallen van alderley eeuwen en volcken met vermakelickheyt, overleghtse in u selven met wijsheyt, steltse in 't werck met omsichtigheyt, en geniet vry u deel daer van met vernougen: dies alles niet tegenstaende, soo sal't al te samen eyndelick komen uyt te loopen tot enckele ydelheyt, jammer en verknisinge des herten, ten zy sake dat u gesicht en oogemerck komt te eyndigen in dat groot en onbegrijpelick trouverbont...: door middel van het welck het schepsel wort vereenight met synen schepper, de gemeente met haren bruydegom, en de ziele met haren Salighmaker.

Waarom de eerste hem "een nieu Poëtisch werck" in handen geeft, "verscheyde gedenck-weerdige trou-gevallen .... voor oogen stellende..." Met aandacht zal hij "letten vvatter voor aenmerckingen uyt sullen te trecken syn ... ende daar nae willen vvy reden en tegen-reden onderlinghe seggen en hooren."

Bij resolutie van 30 Aug. 1617 verleenden de Staten-Generaal aan Caspar Planten, beeltsnyder, een octrooi voor 3 jaren, om "alleene te mogen maecken ende gieten, het werck ende patronen by hem daerentusschen te inventeren en te boutseren" en in 1619 werd aan Willem van Byler, ysersnyder, octrooi verleend om "... voor den tyt van drye jaeren naestcommende, alleene in dese vereenichde provinciën te mogen maecken, snyden, gieten ende vercoopen den nieuwen penninck dien haere Ho.

De misslagh van de jongelingh quam daer uyt, dat hy den regel dien 1740 hy gehoort hadde al te breet en sonder bescheydentheyt* in 't werck stelde. En voor u, lieve Philogame, staet te letten, dat ghy niet in gelijcke dwalingen en valt. Phi. Is daer voor te vreesen Sophronisçe?

Woord Van De Dag

sanktie

Anderen Op Zoek