Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 oktober 2025


Het beloofde een onpleizierige reis te worden, zelfs als we den overtocht maakten in de twee of drie dagen die noodig zouden zijn geweest als de zuidoost-passaatwinden flink gewaaid hadden. Maar ze waaiden niet flink. Na de eerste vijf uren stierf de passaat weg in een stuk of wat kortademige koeltjes.

Er kwam een felle rukwind die het zand der wegen achtereen in hooge wolken deed voortloopen. De boomen klaterden en huilden; lijk witte papieren waaiden de duiven op de donkere lucht, en een klad kraaien liet zich lijk een hoop zwarte vodden naar den toren zwieren. Maar ineens viel de wind, en er kwam een plotselinge stilte die het hart deed ophouden met slaan.

Hoe werd ook de kleurenpracht van vlaggen en wimpels, die naast de obelisken en pylonen, van triomfbogen, tempels en paleizen waaiden, door het licht der avondzon verhoogd!

Alles scheen reeds lang geleefd te hebben en zich tegen het graf te verzetten. Behouden, Behouding, Behouder, dat was er bijna het geheele woordenboek; de hoofdzaak was "in goeden reuk te staan." Inderdaad, er waaiden geuren uit de opiniën dezer eerbiedwaardige kringen; hun denkbeelden schenen te wemelen. 't Was een wereld van mummiën. De meesters waren gebalsemd, de knechts opgezet.

En zoo was nu de Eerste Pinksterdag aangebroken; voor de huisdeur stonden twee lichtgroene Meiboomen, als kaarsen zoo recht, en van de bovenste takken waaiden roode linten in den warmen lentewind; de duiven zaten allen naast elkander op het dak, en kirden en koesterden zich, en Peter, die van zijne zitplaats de vurige bruinen in toom hield, had ook een rood lint om zijne zweep gewonden.

Zij ging hem voorbij en verdween in de naaste kamer; de deur vloog zoo krachtig en snel achter haar dicht, dat de roode gordijnen omhoog waaiden. Army stond onbeweeglijk bij den schoorsteen; nu en dan schudde hij zacht het hoofd, en een bittere lach zweefde om zijn mond.

De grooten verorberden met voorovergebukten kop en met regelmatig slingerende slurven, het dichte gras van het weiland. Bijna allen waaiden zich versche lucht toe met hunne breede ooren, die, aan lederen mantels gelijk, als indiaansche punka's bewogen werden.

Toen myne sloep van wal stak, waaiden de vlaggen van alle de schepen op de reede leggende, er begroetten my met drie vreugdegalmen, welke my zoo veel genoegen deeden, als zy aan de meenigte, die my aanschouwde, smart veröorzaakte: wy voeren voort, en wel dra verloor ik Paramaribo uit het gezicht.

Z'n heele lichaam, z'n kleeren, z'n pet, z'n schoenen, waren van dat fronzend, vlakkend paarsrood koolsop. En de manden waaiden een lucht in de benauwde, warm-stookte kamer, alsof een lang-gebruikt privaat open stond. Het krijschend, snikgillend gehuil van den groentenjood, sloeg zelfs de kindren in zwijgen.

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek