Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 mei 2025


Van de chronologie zijner werken is ons overigens tot dusver weinig bekend; slechts weten wij, dat zijn Spieghel der ewigher Salicheit in 1359 geschreven is en dat het tractaat vanden Rike der Ghelieven zijn eerste werk was . De oude "verluchter", die op zoo naïeve wijze RUYSBROECK'S werk voorstelde als ontstaan door "ingheestinghe", toonde daardoor wel de juistheid van zijn inzicht.

De vraag naar RUYSBROECK'S orthodoxie moge belangrijk zijn geweest voor zijne tijdgenooten, voor de meesten onzer is zij van ondergeschikt belang. Gewichtiger is voor ons de vraag: hoe heeft hij zijn stelsel van mystiek uitgewerkt? Het is vooral in de uiteenzetting zijner practische mystiek, dat hij zich vertoont als den grootsten prozaschrijver dien wij in de middeleeuwen bezeten hebben.

Ook dat der volgende boeken en het overzicht van RUYSBROECK'S stelsel is hoofdzakelijk aan zijn werk ontleend. Eene andere voorstelling van het Innige Leven bij RUYSBROECK wordt door VAN OTTERLOO uiteengezet op bl. 265-269. VAN OTTERLOO, bl. 128. ECKHART spreekt van istigkeit, entgeisten, weiselos; RUYSBROECK van: istegheit, ontgeesten, wiseloos.

Zijn levensbeschrijver deelt ons mede, dat het hem, volgens zijn eigen getuigenis, minder moeite kostte, door contemplatie zijn ziel tot God omhoog te heffen, dan zijn hand aan zijn hoofd te brengen . Wij konden hier slechts beproeven een beeld van RUYSBROECK'S mystiek te geven in eenige groote lijnen en binnen die omtrekken eenige voorname punten aanwijzen.

Veel van het minder gewichtige moesten wij achterwege laten. Zoo b.v. de vraag naar de consequentie van RUYSBROECK'S stelsel. Naar het schijnt, is het niet moeilijk den auteur van zoovele en omvangrijke geschriften op meer dan eene plaats in tegenspraak te brengen met zich zelf. Wij willen het wel gelooven, doch achten het bij de beschouwing van een mystiek auteur van gering belang.

In een van RUYSBROECK'S werken wordt van zulke menschen gezegd: "rechte alse dat ghetouwe, dat selve ledich es ende sijns meesters beidet, wanneer hi werken wilt" . De overeenkomst is te treffend om aan toeval te mogen worden toegeschreven; met het oog op eene vroeger medegedeelde uiting van een tijdgenoot, zou men geneigd zijn aan te nemen dat TAULER hier RUYSBROECK heeft nagevolgd; doch ook het omgekeerde is mogelijk.

RUYSBROECK'S invloed bepaalt zich niet tot TAULER. Wij weten, dat zijn werk hooggeschat werd ook onder de zoogenaamde "Gottesfreunde" van Straatsburg en dat hun hoofd, RULMAN MERSWIN, nog in zijne laatste levensdagen RUYSBROECK'S Chierheit der geestelijker Brulocht voor de broeders vertaalde.

Hier schijnt de auteur zelf beseft te hebben dat hij de grens der kieschheid ook voor dien tijd had overschreden, want hij verontschuldigt zich eenigszins door te zeggen: "al luden mine worde wonderlike, die mynnende die verstaen my wel" . Wij zouden noch het een noch het ander willen missen, want wij krijgen daardoor RUYSBROECK'S beeld vollediger te zien.

Het is zeer wel mogelijk dat de jonge kanunnik van Sinte Goedele de lessen van den Duitschen meester te Keulen heeft gevolgd; en in allen gevalle wel waarschijnlijk, dat diens geschriften invloed hebben gehad op zijne theologische vorming. Anderzijds heeft, gelijk wij reeds zagen, RUYSBROECK'S persoonlijkheid invloed geoefend op die van TAULER.

Daarom moet men bij eene beschouwing van RUYSBROECK'S werk niet zoozeer letten op de, door verschillende titels onderscheiden, deelen ervan, als wel op het geheel dat zij samen vormen. Een kort overzicht van de Chierheit der gheesteleker Brulocht kan ons eenigermate een denkbeeld geven van den bouwtrant van RUYSBROECK'S werk.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek