Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 juli 2025
Nog vreemder en dikwijls nog reusachtiger dan de ichthyosauren, waren de plesiosauren, hunne tijdgenooten in de periode, waarvan wij thans de geschiedenis schrijven.
In dienzelfden tijd leerde de Duitsche geleerde Hermann Meyer kruipende dieren kennen, die afkomstig zijn uit de benedenste lagen der secundaire formatie en die in het trias gevonden zijn. Die dieren, bekend onder de namen van nothosauren, pistosauren, simosauren, hebben vele punten van overeenkomst met de plesiosauren.
In 1839 ontdekte de Engelsche natuuronderzoeker Richard Owen een even groot kruipend dier als den plesiosaurus, waaraan hij den naam van pliosaurus gaf, en die van den vorigen daarin verschilt, dat zijn hals minder gerekt en veel korter is, evenals bij den ichthyosaurus. Toch behoort de pliosaurus tot het type der plesiosauren.
Enkele dikke en korte soorten gelijken weder op ichthyosauren. De plesiosauren moeten een ontzaglijk groot lichaam gehad hebben: hunne tanden zijn meer dan een meter lang, en enkele dijbeenderen zijn grooter dan een mensch van middelmatige lengte! Niet minder geducht waren de cetiosauren; hun dijbeen was meer dan 1 1/2 meter lang, en de dieren moeten dus eene lengte gehad hebben van 18 meters.
Waarschijnlijk brachten zij levende jongen ter wereld, evenals de ichthyosauren; zij leefden van de levende prooi, die zij met hunne talrijke en scherpe tanden konden grijpen. De eerste plesiosauren zijn ook in het lias van Engeland gevonden. In 1821 gaven Conybeare en De la Bêche de eerste beschrijving van die dieren. Een volkomen skelet werd in 1824 ontdekt.
Zij konden onmogelijk verward worden met tanden van krokodillen, megalosauren en plesiosauren, de eenige van tanden voorziene kruipende dieren, die men tot nu toe in die formatie gevonden had. Zoo was dus het geslacht Iguanodon ontdekt uit de beschouwing van eenen tand.
Enkele waren vleeschetende, andere grasetende dieren; zij voedden zich met de planten, die in de diepe wouden groeiden en elkander verscheurden. Van het trias af tot aan het einde der krijtperiode, beheerschten zij de wereld, en waren zij na elkander tijdgenooten van de ichthyosauren, de plesiosauren, de teleosauren, de mosasauren enz.
Terwijl de zeeën doorploegd werden door reusachtige kruipende dieren, ichthyosauren, plesiosauren, pliosauren, nothosauren, waarvan de tegenwoordige natuur ons geen flauw denkbeeld kan geven; terwijl op het vasteland de dinosauren heerschten, misschien wel de merkwaardigste dieren, ons door de oudheid nagelaten, waren de hemelen met niet minder vreemde wezens bevolkt, met dieren, die noch vogels, noch kruipende dieren waren, of liever met dieren, die tegelijk vogels waren, zonder veeren en met tanden gewapend, tegelijk warmbloedige kruipende dieren, die noch konden loopen, noch konden zwemmen.
Zonder zelfs te spreken van de oude wereld der ichthyosauren, der plesiosauren, der labyrinthodonten, der paleotheriums, is de periode der dinosauren voldoende, om getuigenis af te leggen van de verscheidenheid van de voortbrengselen der levenskracht, zelfs op onze nietige planeet.
Onze lezers zullen zich nog beter dan door de geteekende fossielen rekenschap kunnen geven van het voorkomen der ichthyosauren en plesiosauren, indien zij fig. 212 blz. 370 beschouwen, en vooral bij het bestudeeren van de titelplaat van dit werk: op die plaat zijn de plesiosaurus en de ichthyosaurus geplaatst, vergezeld van niet minder vreemde wezens, die wij thans zullen beschrijven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek