Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 mei 2025


Over dag rust het licht op den waterspiegel, met opgewipt staartje, vlug en bevallig, bijna als een Meeuw, rondzwemmend tusschen de bladen van plompen en kikkerbeet, nu eens naar rechts, dan weer naar links grijpend ter verkrijging van een klein, voor ons onzichtbaar voorwerp, af en toe een bosje hoornblad of duizendblad van den bodem opduikend en daarna aan den waterspiegel zoekend naar de hierin aanwezige Schelpdieren en Waterinsecten.

De natuurlijke en de sociale levens-omstandigheden, de opgehoopte levens-ervaringen van vele voorouders door vele geslachten, de lucht die zij hadden geademd, het stoffelijk en geestelijk voedsel dat zij hadden gebruikt, de arbeid dien zij hadden verricht, hun physieke en moreele gesteldheid, de aard der gemeenschap waartoe zij hadden behoord, hun verhouding tot andere leden dier gemeenschap, deze en nog tallooze andere invloeden hielpen hem maken, hielpen den aanleg van het kleine menschwezen bepalen, opduikend, in de stad aan het donkerblauwe meer, uit de diepten der oneindigheid.

Het is als een geweldige kerel, die, opduikend uit een moerassig water, handen en gelaat beslijkt, de kleeren gescheurd, maar de oogen stralend van triomf, met een bijna-verdronkene in de armen, den oever bespringt.

De nonnetjes die het gesticht beheerden liepen geruischloos heen en weer: stille, zwarte verschijningen met witte borstdoeken en witte kapjes, frissche gezichten en zacht-glimlachende oogen, op eens gansch onverwacht ergens opduikend om een hoekje, opeens gansch onverwacht ergens verdwijnend in een deurtje, als vlijtige, nijvere bijtjes, die wel overal tegelijk zouden moeten zijn en zich maar nooit een oogenblikje ontspanning of rust mogen gunnen.

Gij roept mij die wonderbare nimfen in het geheugen die, opduikend boven het paarlemoeren water, de rozen van het morgenrood in den dauw der oeverleeljen baadden en, met de hulp van Zephyros, eruit tusschen het kraal van hunne vingeren een pure olie versmolten.

Maar wij hoorden niets dan het staag geruisch der groote stad aan onze voeten. Geen enkele, zelfs gedempte rommeling van kanonnen kwam ons toe van uit de verte. Heel het land lag eenzaam en schijnbaar zoo rustig. Vliegeniers kwamen toen aangevlogen, als groote vogels opduikend uit de luchtdiepten, en streken neer in breede spiralen tot op het vliegplein van Wilrijck.

Treffend bleek die gelijkenis nu en dan, wanneer een vlakke mistbank al de lagere gedeelten van het land als met een mantel bedekte. Wanneer de witte damp in de ravijnen kronkelde, bood hij eene fraaie voorstelling van kleine kreken en baaien; en een eenzaam hier en daar opduikend heuveltje toonde, dat het daar vroeger als eilandje gestaan had.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek