United States or Niger ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nu was hun Paradijs op 't aardrijk, en ze omvingen Wat de aarde hemelscht had, en teelden stervelingen! 't Ontzachlijk Reuzenvolk ontsproot uit deze min, En nam in luttel tijds den hooger berggrond in.

Wier geurige adem zucht door rijs en wouden, En gloeien wekt, waar zielen wieken spanden, Tot die miljoenen traan en leed verbanden, En lachten, of zij nimmer weenen zouden: Gij juichte’, o, zomer! in mijn zielsverrukken, Toen mij uwe armen en Mathilde omvingen, En gij voor mij uw wereld scheent te smukken!

Eindelijk sloeg het acht uur en juffrouw Frantzen kwam om de kinderen te halen. Ciel de mon âme! riep Frédérique, op de canapé half gesmoord door Ernestine, Johan en Lientje, en zij bevrijdde zich van de armen en beenen die haar als polypen omvingen. Ik moet naar boven; Mathilde kom je me helpen? Goed, antwoordde Mathilde en stond op. En jullie kinderen, gauw naar bed!

Zoo wikte en woog Enide het vóór en tegen van hare handelwijze en tobde zich af met het uitdenken van middelen, die Erec met haar zouden verzoenen, totdat het eindelijk begon te dagen tusschen de boomen en kort daarop de zonnestralen haar koesterend omvingen. Toen ontwaakte Erec, geheel verfrischt door zijne lange sluimering.

Een paar schurkachtig eruitziende Waziri's kwam aan, om ons verder te geleiden. Hun geweren waren om hun schouders gehangen en welgevulde patroongordels omvingen hun lijven, terwijl ze hun paar afghaansche dolken in de plooien van hun vuile, roode pagari's, die ze om hun middel hadden gewonden, verborgen, en hun kromme afghaansche zwaarden in de hand hielden.

Dikke bakkebaarden van blinkend zwart haar omvingen zijn gansche aangezicht; zijn hoofd was kunstmatig opgedaan en geleek wonderwel aan die wassen poppen, welke men voor de vensters der paruikmakers ziet. «Hadacht Van Roosemael, «daar is de Rat. Het is zonde van zulken knappen vent

De tweede bende stond onder het bevel van Renauld de Trie, en telde drieduizend tweehonderd zware ruiters. Zij waren op hoge en sterke slagpaarden gezeten, en droegen een breed en blinkend zwaard op de rechterschouder; harnassen van ruw ijzer omvingen hun lichamen, en platen, uit één stuk gevormd, waren overal aan hun leden geriemd. Het Orléansgebied had die mannen meest geleverd.