Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juni 2025
Grooteboer en Lutjeboer formen elkanders weêrga; lutje, lutke, overeenkomende met het friesche woord lîts, het engelsche little, enz. is friso-saksisch voor klein, en nog in onze noordoostelike gouen en de noordwestelikste van Duitschland in gebruik. By den naam van menige plaats in onze friesche gewesten gelegen, komt het nog voor; b. v.
In de zuiver-saksische en in de friso-saksische gouen, in de noordoostelike Nederlanden dus, komt in geslachtsnamen zoo wel als in plaatsnamen menigvuldig ol voor, waar het geijkte Nederlandsch ou heeft, overeenkomstig de volksspreektaal in die streken.
Zulke woorden komen ook als geslachtsnamen voor, en dezen zijn eveneens kenmerkend voor onze noordelike, vooral noordoostelike gewesten. Een byzonder groot aantal geslachtsnamen die op huis uitgaan, is ook zeer kenmerkend voor Groningerland. Het zijn overigens op zich zelven weinig byzondere namen.
Men schijnt gemeend te hebben dat in den geslachtsnaam Hartsoeker dit woord soeker, sûker voorkwam, en verhollandschte dien naam dus, in geschrifte, tot Hartsuyker, al bleef men des niet te min steeds Hartsoeker uitspreken. De geslachtsnaam Hartsuyker is nog heden in de noordoostelike Nederlanden inheemsch, evenals de oorspronkelike form Hartsoeker in Holland.
In dit geval heeft dus eerst een huis den naam gegeven aan eenen man, en later is die naam weêr van den man op een huis overgegaan. In sommige nederlandsche gouspraken, vooral in die van onze noordoostelike gewesten, draagt een mansbroek den naam van bokse. Of de zonderlinge geslachtsnaam Vixseboxse, dien ik anders niet en weet te verklaren, met dat woord in verband staat?
Zoo treft men ook thans nog in onze noordoostelike gewesten en in de noordwestelike streken van Duitschland, voor zoo verre er oost en west van de Eems Friesen wonen, of lieden van frieschen stam, geheel de zelfde geslachtsnamen aan.
Ook nog heden is deze naam, in laatstgenoemden zuiveren form, aan eene byzondere maagschap eigen. In de noordoostelike Nederlanden, ik meen in Drente, is de form Hartsuyker ontstaan.
Keerwolf kan als keer den wolf worden geduid, maar het kan ook een oud-germaansche mansvóórnaam zijn; immers Kjerulf vinden we als zoodanig in Skandinavien. Vuur aanboeten, vuur aanbüten wordt nog door het volk in onze noordoostelike gewesten gezegd. De Franschen hebben dit oud-germaansche woord ook nog in hunne taal.
Dit is, onder anderen, vooral het geval in onze noordelike en noordoostelike gouen, onder de friesche en friso-saksische bevolking dier gewesten. En waar men zulke woorden zóó uitspreekt, daar laat men natuurlik die toonlooze e ook hooren achter den patronymikalen uitgang der geslachtsnamen. In Drente en in de zuidelike gouen van Groningerland komt dit meest voor.
Van die pachtpenningen, of anderszins uit de opbrengst der boerdery leeft dan de geestelike. Zoo was het oudtijds in vele dorpen van de noordoostelike Nederlanden en van noordwestelik Duitschland, en zoo is het daar nog wel. De tegenhanger van den landman is de zeeman; de schipper is de weêrga van den boer, zooals de jager is van den visscher.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek