United States or Slovakia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hebt meêlijen met de boomen, laat den bast hun ongeschonden; bewaart ze voor de nijdigheid der kwade nagelwonden; geen onbermhertig menschenkind ze dood en kwelle: geeft de vrijheid aan des scheppers hand, die in hun lenden leeft.

"Maar rechtsgeleerdheid... watte? Jura! moeten de jongens ook dat wettengedoe in de school leeren?" riep de blinde darm; zijn nijdigheid steeg naarmate het gesprek werd voortgezet, zonder dat hij iets vond om op aan te vallen. "Ja, natuurlijk moeten ze op de hoogte zijn van de wetgeving in hun land; hoe en door wie het recht en orde gehandhaafd worden.

De kampers en hun paarden bleven beweegloos staan, alsof iets bovennatuurlijks hun drift plotseling verkoeld had; men zou geloofd hebben dat zij elkander met aandacht bezagen, en echter lagen zij nog met al het gewicht huns lichaams op de speer drukkende, alsof zij met meer nijdigheid en met een boos vermaak hun vijand pijnigen wilden; maar dit duurde niet lang, weldra deed het paard van De Mertelet een beweging en de twee lijken vielen uit de zadel op de grond.

Houd je me voor den gek? Ja zeker, Mijnheer de Rector, U hebt gelijk, laten we 't kalm opnemen, watte? kalm aan maar, mijn jongen, dan kom je er wel. Dus nu beginnen we met het begin met dingen, die je wel droomen kunt, kalm aan maar, watte? mijn jongen," zijn stem beefde van nijdigheid, "dus amo, amavi nu 't supinum? ama." "... Ama..." herhaalde Marius en liet zijn zakdoek vallen.

Denk je soms dat er niets uitgevoerd behoeft te worden, nu de eerste luitenant niet aan boord is? Hoe lang moet 't nog duren eer dat hijschen gedaan is?" De nijdigheid van meneer Smallsole sloeg op meneer Biggs over, en van den weeromstuit raakten ook de bootmansmaat en de bakmeester van het hondje gebeten, en als meneer Smallsole begon te vloeken, liet ook de bootsman zich niet onbetuigd.

Hij stond even strak te kijken, en schimpte onhoorbaar met een bijna schreiende nijdigheid op zich zelven: "Gek! Eigenwijs! Leg een slot op je tong. Kuiken! Ondankbaar schepsel!" "Geef mij de hand Thomas, en leer te zwijgen."

De slechte buren, die den hond hadden geleend, hadden niet de minste gewetenswroeging, om ook den mortier te leenen, maar bij dat slechte volk veranderde de rijst onmiddellijk in vuil, zoodat zij in hun nijdigheid den kostbaren mortier stuksloegen en verbrandden.