United States or Yemen ? Vote for the TOP Country of the Week !


Alleen schijnt Wodan hier voor te komen als Wodin, een Friesch heerman, die door een Magy, koning der Finnen, tot schoonzoon aangenomen en na zijn dood vergood is. De Friesche godenleer of liever godsdienst, is hoogst eenvoudig en zuiver Monotheisme. Wralda of Wralda's geest is het eenige, eeuwige, onveranderlijke, volmaakte en almachtige wezen.

De taal, het Noefoorsch, dat van de Oostkust van Halmaheira tot het eiland Japen in de Geelvink-Baai wordt gesproken, kent woordvorming door een soort reduplicatie; de godsdienst heeft nog een verdwijnend spoor van monotheïsme; een gebed tot een oppersten God wordt nog hier en daar uitgesproken.

Men veronderstelde, dat het geheele pesedt, of gezelschap der goden, in Amen vereenigd was en wij mogen inderdaad zijn cultus als de meest ernstige pogingen van de oudheid beschouwen, om een systeem van monotheïsme te formuleeren. Dat zij hierin niet slaagde, was in het geheel niet haar schuld.

Hij trok zich daarop met zijn volgelingen terug, toen de strijd haar hoogtepunt bereikte. De vereering van een eenig god. Eén van de kenmerken van den nieuwen godsdienst was, dat het wezenlijk een monotheisme was en geen andere goden naast zich dulden kon.

Daarom was het onmogelijk, ook al waren bepaalde zonnegoden onder gelijke omstandigheden met Ra vereenigd, dat dit bij Aten evenzeer gebeuren kon. Niet alleen was hij de koning der goden, hij was de god. Dit monotheisme behield echter nog vele vormen en riten van andere eerediensten, paradoxaal als dezen geschenen moeten hebben.

Aan den anderen kant echter kan het polytheisme zeer goed ontstaan zijn uit een vroegeren vorm van monotheisme, terwijl dit weer op zijn beurt een voortbrengsel is van een volslagen fetisch of totem, want de attributen van een grooten eenvoudigen god kunnen in de handen van een volk, dat zich nog gedeeltelijk in een phase van animisme bevindt, zoo van een persoonlijkheid doordrongen worden, dat zij geheel en al aparte wezens schijnen te zijn.

Maar dat dualisme wordt slechts tot op zekere hoogte toegelaten, alleen voor zoo ver het noodig is, om van God de verantwoordelijkheid voor het kwade af te wenden; het is niet de grond van den godsdienst van Zoroaster. De grond van dat geloof is het monotheïsme. Inderdaad zijn Ormoezd en Ahriman beiden uit den Tijd voortgekomen, uit den onbepaalden of oneindigen tijd.

Men kan zich verder voorstellen, dat uit het polytheisme langzamerhand een soort van monotheisme is ontstaan, waarbij één god de heerschappij over het geheele menschdom verkreeg of, om het anders uit te drukken, het is mogelijk, dat één god zoo populair werd, of de priesters van dezen zoo machtig werden, dat alle andere godsdiensten bij zijn verbreiding en groei in het niet zonken.