Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 mei 2025


Hij zag Mannaeï wel, maar gaf hem een teeken liever maar weer heen te gaan, daar Vitellius door zijn houding deed uitkomen, dat de dingen hem niet aangingen. De Farizeërs, die nog op hun ligbedden gebleven waren, raasden in duivelsche woede, ze sloegen de schotels stuk die vóór hen stonden. Men had hun Mecena's geliefkoosd gerecht opgediend, vleesch van den woudezel, een onreine spijze.

Mannaeï hield het bij de haren aan zijn gestrekten arm, trotsch op het gejubel. Hij legde het op een schotel en bood het Salome aan. Snel klom ze de tribune op. Na een lange pooze werd het hoofd teruggebracht door de oude vrouw, die de Viervorst's morgens was gewaar geworden op het platform van een huis, en straks in Herodias' kamer. Hij deinsde terug om het niet te zien.

Mannaëi was er binnengedrongen om er het outer met doodsbeenderen te schennen. Zijn gezellen, minder behendig dan hij, waren onthoofd geworden. Hij zag op dit oogenblik dien tempel, door de inzinking tusschen twee heuvels heen. De zon deed de wit-marmeren muren weerglanzen, en de gouden platen van het dakwerk schitterden.

Mannaëi antwoordde: "Ze hebben geheimzinnige woorden gewisseld, zooals dieven doen, 's avonds op den viersprong der wegen. Daarna zijn ze heengetogen naar Noord-Galilea, aankondigend dat ze een groot nieuws zouden brengen." Antipas boog het hoofd. Toen als in angst: "Bewaak hem! bewaak hem! En laat niemand binnen. Sluit de deur goed! Bedek den put! Men mag niet vermoeden dat hij leeft!"

Slaperigheid verdoofde nu de kleur zijner oogen, maar zijn tanden glinsterden. Zijn geheele gestalte had een aapachtige lenigheid, en licht drukten zijn teenen den vloer. Zijn gelaat was ondoorgrondelijk als dat eener mummie. Waar is hij? vroeg de Viervorst. Mannaëi antwoordde, terwijl hij met den duim iets achter hen aanwees: "Ginds! Altijd-door!" "Ik meende hem te hooren".

Maar toen ze herbegon, klapte hij in de handen, en riep: "Mannaëi! Mannaëi!" Een man trad te voorschijn, naakt tot den gordel, zooals de masseurs bij de baden. Hij was zeer groot, oud, uitgemergeld, en droeg op de heup een korte kling in bronzen scheede. Zijn haardos door een kam opgehouden verhoogde nog de gerektheid van zijn voorhoofd.

Maar zoo de dood, die voorspeld was, een ander werd aangedaan, zou de zijne dan niet afgewend worden? Indien Jaokanann wezenlijk Elias was, kon hij zelf er zich aan onttrekken, zoo niet dan beduidde de moord niet veel! Mannaeï stond naast hem en begreep zijn bedoeling. Vitellius riep hem terug om hem het wachtwoord te geven, daar er soldaten bij het kerkerhol stonden opgesteld.

De zon weerglansde in de punten der tiara's, in de gevesten der zwaarden, en gloeide over de vloertegels. Van de dakranden vlogen duiven op die dansten en duizelden boven het binnenplein, 't Was het uur waarin Mannaeï gewoon was graankorrels voor haar te strooien. Hij zat neergehurkt voor den Viervorst, die naast Vitellius stond.

Het was een verademing: binnen een oogenblik zou alles gedaan zijn. Maar het werk ging Mannaeï niet vlug van de hand. Ontdaan kwam hij weer binnen. Sinds veertig jaar oefende hij het beuls-bedrijf uit. Hij was het die Aristobulos verdronken had, Alexander gewurgd, Matathias levend verbrand, die Zosima, Pappus, Josephus en Antipater onthoofd had; en Jaokanann durfde hij niet dooden!

Het geleek een berg van licht, iets bovenaardsch, dat alles overheerschte door zijn rijkdom en zijn trots. Toen strekte Mannaëi de armen uit naar Sion, en, hoog opgericht, het gelaat geheven, de vuisten gebald wierp hij zijn vervloeking naar die stad, wanend dat zijn woorden een werkelijke macht in zich hadden. Antipas hoorde het aan, en leek in 't minst niet geërgerd.

Woord Van De Dag

ach-stv

Anderen Op Zoek