Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juni 2025


Daarna is de maaier op dat goudgeel graan ingegaan, en sloeg er den sikkel in, en bond het in schooven. En zoo kwam de schoove op den dorschvloer, en de dorscher sloeg er de graankorrels uit de hulzen. Toen lag het daar onderscheidenlijk, los de graankorrels, en daarom hetgeen van aire en halm was overgebleven, en dat overgeblevene was het kaf.

Nog lang riep de boerhoorn de Drentsche dorpsgenooten ter vergadering tot het gemeenschappelijk vaststellen van zaai- en oogsttijd en tot het bespreken van onderwerpen van algemeen belang. Na het laatste signaal op den boerhoorn waagde geen maaier het meer, de zeis te haren, wie zich verzette, werd beboet. Den boer, die den dekstier hield, was dat jaar ook de boerhoorn toevertrouwd.

Als de Noordsche reuzen, Zomer en Winter, werpen zij elkander beurtelings onder. Altijd heeft wel Holbeins knekelman de overhand maar slechts voor een gegeven tijd, en telkens staat een nieuw leven op om den strijd te hervatten en op zijne beurt den "koning de verschrikking" te overstelpen. Het gras schiet onder de zeis van den onverbiddelijken maaier toch weder op.

Men beeldt hem uit in een schoof, met bonte linten en bloemen gesierd en veelal gebonden in den vorm van een pop, en deze draagt benamingen als: korenmoeder, roggewolf, roggehaan enz.; immers, het dier, dat sprong door het golvende graan, heeft men gevangen in de laatste garve. Buiten onze grenzen wordt ook wel de maaier in de laatste schoof gebonden en in water gedompeld.

"Kareltje!" hernam de andere op den theatraalst mogelijken toon: "dwing mij niet te midden dezer welige natuur een moord te begaan. Nog één woord ten nadeele van Keetje, en ik maai uw eerloos hoofd weg, als gindsche maaier de rijpe aren."

"Zag ik den trotschen zaaier niet In September over het land; Zag ik het goudgewaaier niet Van de zon, die de tarwe brandt? Zal ik opnieuw den zaaier zien Zaaien met breed gebaar? Zal ik opnieuw den maaier zien...? Of... was dit het laatste jaar?" Najaarsochtend. Wijd en wijder Wijkt de hemel zilverblauw; Om den morgen blijde glijdt er Door 't nog scheem'rig bosch-gebouw,

Het woord: »gij maait wat gij hebt gezaaid" liet haar geen rust, en waar zij ook rondzag in haar vroeger leven, overal ontdekte zij de vrucht van het zaad, dat zij zelf in den bodem had gelegd. Het veld droeg den last der onheilvolle halmen. Het was rijp voor den maaier. Doch eer deze de zeis opnam, moest het recht van den bezitter verzekerd zijn.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek