United States or Democratic Republic of the Congo ? Vote for the TOP Country of the Week !


Thomas gebruikt de Groot. Zie bijv. de S. c. G. l. 3 c. 129: Ea igitur sine quibus societas humana conservari non potest sunt homini naturaliter convenientia. o. c. blz. 43. De Jure B. ac P. prol. 52. Epistol. 1 ad Benj. Maurerium, Grotius et aliorum Dissert. etc. blz. 5. Elzevier. Amsterdam 1645. 15 Oct. 1623. Epist. ad Gallos. Huigh de Groot. Josef of Sofompaneas. Treurspel vertaeld door J. v.

Grotius bewoog zich op het gebied der geschiedenis en der letteren, en heeft daar lauweren behaald; Grotius was staatsman; maar de godgeleerde en philosoof, de historicus, en staatsman zou zijn roem niet overleefd hebben, zonder de Jure Belli et Pacis, het onsterfelijke werk van een van Hollands groote zonen uit de dagen van Joost van den Vondel en Hooft, Tesselschade en Roemer Visscher, van Heinsius en Josef Scaliger, van Huygens en Rembrandt.

Hij droomt als een tweede Josef van macht en heerschappij: hij wil de uitdeeler zijn van weldaden, handhaver van het recht. Pijnlijk voelt hij de benauwende tegenstelling tusschen deze gedroomde heerlijkheid en het leven thuis en op school met al zijn beperkingen en voorschriften, waarin hij niet alleen een zeer onbelangrijk, maar ook een alles behalve volmaakt jongetje is.

Intussen is de Graal van Josef van Arimathea in andere handen overgegaan en die wordt ten slotte in een onbekend slot, ergens in het westen van Engeland, bewaard opdat die niet in de handen der woeste Saksen vallen zal. Daar zit nu een Graalkoning die te bewaken... hij is ziek, maar hij kan niet sterven of beter worden, vóór een rein, edel man naar de Graal en de bloedende lans komt vragen.

Toen stichtte Josef een broederschap van die »Graal" zoals het genoemd werd en van een Tafelronde, ter herinnering aan het laatste Avondmaal. De Graal verschaft voedsel, maar hij die alleen uit nieuwsgierigheid er in kijken wil of die zich aan de tafel neerzet zonder er recht op te hebben, wordt gewond of verblind door hemelse wapenen.

Een Franciskaner-monnik stond op den preekstoel, en verkondigde met groote levendigheid den lof van den H. Josef. Van tijd tot tijd barstte zijn gehoor in lachen uit; eensklaps bracht hij het dan weer tot bedaren door luide kreeten. "Ha ben gridato!" zeiden, in stille bewondering, de contadini tot elkander.

Dat zij die het lichaam van de dode Heiland gewassen hadden, dat kostbare vocht niet zouden hebben bewaard, waarin toch altijd zulk een merkwaardige kracht moest zijn blijven wonen, dat scheen de mensen volkomen onbegrijpelik: op vele plaatsen beweerde men dan ook een weinig bloed van Kristus te bezitten, zo kreeg b.v. in het jaar 1247 koning Hendrik III van de patriarch van Jerusalem een kristallen buisje met een weinig van het heilige bloed er in, dat in de familie van de patriarch, van de tijd van Josef van Arimathea af, van vader op zoon overgegaan was.

Hun stamvader, Guevra Terké, had het ongeluk zijn broeder of een zijner naaste bloedverwanten te dooden; om zich aan de bloedwraak te onttrekken, week hij met zijne beide zonen, Seguina en Korsokor, ten lande uit. Omtrent deze vlucht bestaat nog eene andere legende, die een sterk sprekend bijbelsch karakter draagt, en blijkbaar is ontleend aan de geschiedenis van de aartsvaders Jacob en Josef.

Die schotel kwam in het bezit van de vrome Josef van Arimathea die er het bloed van de Gekruisigde in bewaarde. Toen hij gedurende de Kristen-vervolgingen in de gevangenis geworpen was, werd hij wonderbaarlik voortdurend door den schotel gevoed, en Kristus openbaarde zich voor hem en leerde hem de ritus van de Mis en de mystiese betekenis er van.

Tegenover al de pogingen der vorstinnen om hem te verleiden, staat hij als een Josef, en zij bewaart haar deugd als een ware heilige, in het bordeel zowel als tegenover alle dreigementen van een tyran: »Laat de martelwerktuigen maar brengen, laat het rad maar komen, hier zijn mijn handen; neem de zweep maar in de hand, hier is mijn rug.