Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


Toen Columbus dus vroeg om acht uitnemend uitgeruste schepen, waarvan er twee rechtstreeks naar Hispaniola zouden zeilen met alles, wat voor het onderhoud der Kolonie noodig was, en zes zouden dienen om hem nu op een' derden tocht aan het vasteland van Azië, in het schatrijke Kataï, te brengen, kreeg hij terstond de belofte, dat dit geschieden zou, maar de vervulling der belofte lag nog in een ver verwijderd tijdstip.

Don Juan Pince De Leon, een oud soldaat, die reeds in den oorlog tegen de Mooren bijna grijs geworden was, had door zijn' moed en beleid in de Nieuwe Wereld het zóó ver weten te brengen, dat hij Bevelhebber eener provincie op Hispaniola geworden was.

Eindelijk bereikten ze een klein eiland op de kust van Hispaniola waar ze de deerlijk gehavende vaartuigen zoo goed mogelijk herstelden. Vol hoop, dat men nu wel thuis zou komen, zeilde men weer verder, doch tegenwind en stormen hielden de reis tegen en de houtworm kreeg weer de overhand.

Na een hevig gevecht met de inlanders namen zij velen gevangen, en voerden ze weg, om als slaven te worden verkocht. Van hier voeren zij naar Hispaniola, omdat zij gebrek aan benoodigdheden hadden, en wierpen den 5en September bij de westelijkste punt van dit eiland het anker uit. Columbus werd door dezen inval zeer onaangenaam getroffen, daar hij dit eiland als zijn bepaald eigendom beschouwde.

Dezen, die als ijdel, onbeschaamd en beginselloos beschreven worden, wisten een opstand tegen het gezag van Columbus, die door een hevigen aanval van jicht aan zijn bed gekluisterd was, te verwekken. Het wachten moe en zonder hoop ooit weer iets van Mendez te zullen hooren, nam een oproerige en bandelooze troep tien kano's en zeilde er mee naar Hispaniola. In 't geheel bestond zij uit 48 man.

Tot deze slavinnen behoorde eene Prinses, die de bewoners van Tabasco bij een' oorlog in de binnenlanden gevangengenomen hadden. Zij heette Marina, en was niet alleen jong, maar zóó schoon, dat Cortez, toen hij haar zag, terstond dacht aan Anacaona, wier schoonheid op Hispaniola spreekwoordelijk was.

Altijd trachtte de vloot zoo snel mogelijk de westwaarts gelegen haven op het eiland Hispaniola te bereiken. Op den avond van een schoonen dag rees een groot eiland voor hun oog op, waarop vele bosschen stonden en waarvan het strand vele baaien vormde. Het was Porto Rico. De inboorlingen noemden het Boriquen. Columbus gaf het den naam van San Juan Bautista.

Hij had gevangenen aanboord, antwoordde hij, en als men die op de slavenmarkten verkocht, had men óók goud. »Ander goud is er niet veel meer op Hispaniolazeide hij smadelijk, en hing verder een zeer droevig tooneel van heel de Kolonie op.

Niet geboren in Spanje, zooals mijn accent verraadt," antwoordt de jonge Engelschman, en hij voegt er aan toe: "Mijn geboorteplaats was op Hispaniola." "Ah! een Spaansch officier," roept de dame verheugd uit; "dus is uw schip een Spaansch?" "Zeker," antwoordt de Engelschman, die, nu hij zich eenmaal heeft voorgenomen te bedriegen, ook niet op een leugen ziet.

Zij repten zich nu zooveel zij konden om de parelen en het goud, benevens eenige handelsartikelen op Hispaniola aan den wal te brengen, en pas was dit geschied, of de schepen verdwenen met alles, wat nog aan boord was, in de diepte. Goede raad was thans duur! Wat te doen? De Bastides verdeelde zijn volk in drie hoopen om, langs verschillende wegen, te trachten San-Domingo te bereiken.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek