Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 mei 2025


In de onuitgegeven Kronijk van Worp van Thabor, Lib. I. cap. 2, wordt hierover uitgewijd. Zie Hamconius, Frisia, fol 8; Gabbema, Verh. van Leeuw., bl 13; Alkemade, Displegtigheden, II. 408 volgg. Bl. 7. Ao 245. Adelingen.

Hamconius en de kronijk van O. v. Scharl zwijgen van dezen Potestaat; doch van Rhyn in het meergedacht Nabericht wil deze gebeurtenis niet als ongerijmd verwerpen. Bij het onderzoek: Of de Graven van Holland, regtens, ooit Heeren van Friesland waren, geplaatst in het Mengelwerk der Leeuwarder Courant van den 25 Junij 1833, heeft de Schrijver, de Heer v.

Petri en Hamconius wordt beweerd. P. Nota, in zijn Aanhangzel betreffende de Oudheden van Berlikum, p. 79 in de noot, vermeent, in de woorden van Tacitus de bevestiging te vinden, dat Verr. en Malor. geene Friesche maar Duitsche gezanten geweest zijn. Maar waarom kunnen zij niet enkel Leidslieden van de uittrekkende Friezen geweest zijn, en een ander Koning of Vorst der teruggeblevenen?

Petri en Hamconius zeggen, dat reeds voor Christus geboorte Leeuwarden onder den naam van Aula Dei, dat is Gods-Hof, bekend was, alwaar het opperhoofd der Druiden, Barden of Priesters was gesteld. Hier was de leerschool van de Friezen, en genoten zij onderwijs in de godsdienst, wetenschappen en wijsbegeerte. Dit gesticht zoude te Oldehove gestaan en uitstekende mannen hebben voortgebragt.

Hamconius, Frisia, fol. 14, die deze gebeurtenissen van 't Klif en der Meerminnen verhaalt, echter den Duivel buiten het spel laat. Bij andere Schrijvers Basterd-Broeder van Adelbold genoemd. Volgens anderen door Tiete of Titus zelf gebouwd. De oude Uitgave zegt: "Met een gaar geraapten hoop." Dit geschiedde langs den geheelen Rijn tot aan de Noordzee, uit wantrouwen tegen de Germanen.

Kempius , van Vorperus Taboritha, Suffridus Petri, Mart. Hamconius , van Bernh. Gerbr. Furmerius , en van meer anderen, te verwerpen. Trouwens de Vriezen hadden weleer hunne barden en bardengezangen: zoo hoorde nog de bisschop Ludger, eenen Vrieschen bard de daden der vroegere tijden bezingen. Andr. Cornelius is ook in mijn oog een achtingwaardig Schrijver.

Indien men onderstellen mag dat Hamconius, en in navolging Gabbema, met zijne gewone onnaauwkeurigheid in taalkundige onderwerpen, Hornspil in Horspil bedorven hebben, is de verklaring van Hoekstra volkomen juist. Bij v. Alkemade, in Nederl.

Over het Friesche Wapen meenen wij te mogen aanmerken, dat, wanneer men het oude Wapen van Friesland, voorkomende bij Winsemius, Hamconius en anderen, voor het familiewapen der Friesche Koningen houdt, de geschiedenis hiermede in strijd is, als den oorsprong der Familienamen en Wapens uit de tijden der Kruistogten, aangevangen in 1096, vermeldende; terwijl de laatste Koning, Radboud II, omtrent den jare 775 de kroon verloor, en waarschijnlijk kort daarop is gestorven.

Maar ik mag niet voorbijgaan het koddig verhaal van Cornelis Kempius, waarin hij beweert, dat een Friesch Koning, met name Chimoscus, den Graaf van Holland en zijne twee zonen met een musket had doodgeschoten, en ook in een tweegevecht, ter oorzake van 's Graven dochter, de schoone Olimpia, met Graaf Roeland van Vlaanderen, zijn schutgeweer gebruikt had, zoodat de Friezen uitvinders van het buskruid zijn, hetwelk Hamconius ook bevestigt, die mede Chimoscus voor den uitvinder daarvan houdt.

Ook Hamconius en Cappidus van Stavoren beweren, dat er van Friso's tijd af een wapen heeft bestaan, hetwelk echter moeijelijk valt te gelooven, daar men het er voor houden moet, dat in den tijd der kruistogten, dus niet vroeger dan in het begin der XII eeuw, de familiewapens zijn uitgevonden. Men zie over dit onderwerp de Bijv. en Aantt.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek