United States or Republic of the Congo ? Vote for the TOP Country of the Week !


En weet ge, bekoorlijke jonge dame, en gij mijn edele beschermer, weet ge, dat mijn dochter u, die deugd en goedheid ademt, dagelijks ziet in de kerk, welke gij met uw geuren vervult, en waar zij gaat bidden? Want ik geef mijn kinderen een godsdienstige opvoeding. Ik wil niet, dat zij zich aan het tooneel verbinden.

Toen hij al oud was, zonder dat zijn gulheid was verzwakt, bereikte zijn roem een jongeling Mithridanes uit een land niet ver van het zijne, die wetend, dat hij niet armer was dan Nathan, zoo jaloersch was geworden op zijn roem en zijn deugd, dat hij zich voornam die met grooter vrijgevigheid of te vernietigen of te overschaduwen.

Tegen alle waarheid, deugd, dankbaarheid, wetten en zeden in verslingert zij haar gunst aan den eerste den beste, aan het hoogste of het gemeenste, al naar het toeval dat wil. Romantisch verheven liefde heeft haar eigenaardige gevaren. Als een der partijen met deze liefde een gewetenloos of lichtzinnig persoon bemint, is hij of zij verloren.

Toegeeflijkheid is niet meer dan eene halve deugd, en hoe korter men de jongelieden houdt, hoe beter dienst men hen bewijst. Zeg ons liever, hoe lang gij afwezig denkt te blijven, en laat mij uw adres, voor het geval dat gedurende uwe afwezigheid de nieuwe brug ineenstort." "Foei, lieve vader," zeide Emma, "hoe kunt gij het van u verkrijgen, met zulke dingen den spot te drijven?

Pasimundos had een broeder, minder in jaren maar niet in deugd, die Ormisda heette en die lang had onderhandeld om als echtgenoote een edel en schoon meisje uit de stad te krijgen, Cassandra genaamd; dat Lysimachos ten zeerste lief had, maar het huwelijk was door verschillende gebeurtenissen meermalen belemmerd.

Voor beiden is eveneens het recht, het jus, het voorwerp van de deugd van rechtvaardigheid. "Jus est objectum justitiae" aldus St. Thomas . Rechtvaardigheid is een deugd van den wil om te doen wat rechtmotig is, aldus Grotius . St. Thomas wil verder, dat iets iemand kan toebehooren, ofwel uit den aard der zaak zelf ofwel "ex condicto, sive ex communi placito."

Zoo men bijv. iemand, boven zijne medemenschen in deugd uitstekende, zoodanig beloont, dat hij nog meer boven deze gaat uitsteken, is dit niet tevens het gevolg van de betrekking, waarin zijne zedelijkheid staat tot die zijner medemenschen, maar wel van het niet voldoen dezer aan de eischen van hun zedelijk en maatschappelijk bestaan.

Reeds lang bestaat zij niet meer, de edele moeder, die mij met smart heeft ter wereld gebracht, en mij van mijn vroegste jeugd af aan, godsvrucht en deugd als de hoogste goederen leerde waardeeren.

In minder dan eenige maanden tijds had hij vele klanten, deels door de deugd van het werk, dat hij leverde en deels door de onophoudende aanbeveling van Van Roosemael.

Het onderscheidend kenmerk van zuster Simplicia, de uitdrukking harer deugd was, dat zij nooit gelogen had, dat zij nooit, om welke reden ook, zelfs in de onverschilligste zaak, iets had gezegd, dat niet waar, dat niet de zuiverste waarheid was. Zij was bij haar orde wegens deze onwrikbare waarheidsliefde schier vermaard geworden.