Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
Ik ging met het bergspoortje als eenige passagier naar boven, naar het Salon du Capucin, eene aardige uitspanning onder prachtig hout; daar kocht ik van een kellner een courant van den vorigen dag, en las daarin met alleraardigste schrijffouten de namen van ons nieuwe ministerie. De kellner begreep er niets van, dat ik in die oude courant zoo'n schik had.
De heer en mevrouw Du Pont, hoofdadministrateur van de onderneming "Pangkalan Brandan", hadden daar alles prachtig voor ons geregeld en ons op de meest voorkomende wijze gastvrij ontvangen. Mevrouw Lievegoed vergezelde ons ook daarheen en leidde op even eenvoudige en goede wijze als zij dat in Medan had gedaan, ook deze vergadering.
De nieuwe stad is slechts een voorstad, maar die neemt toe in aanzien en wint het van de moederstad. Deze heeft een geschiedenis, verhaald door de stevige muren. Zij is bezet geweest door de Engelschen, werd bevrijd door Du Guesclin en had te lijden in de oorlogen der Liga. Tusschen de hooge wallen, en in de vesting met gekanteelde muren is thans een visscherijschool gevestigd.
Eenige krasse staaltjes van Voltaire's anti-demokratische gezindheid, zijn verachting voor de volksklassen, vindt men aangehaald bij St. Beuve, Causeries du Lundi: Deel XIV bl. 26. Groot in het doen van zaken en het opwerpen van gedachten. Hij sprak daarmee volgens Mme de Boufflers, slechts "het geheim van1 allen" uit.
A. Franz, Die kirchlichen Benediktionem im Mittelalter, Freiburg 1909, 2 bde. B.v. Jacques du Clercq, III p. 104-107. De Fransch-Bourgondische cultuur der laatste Middeleeuwen is aan het nu levende geslacht het best bekend uit haar beeldende kunst, en met name haar schilderkunst. De gebroeders Van Eyck, Rogier van der Weyden en Memlinc beheerschen voor ons het gezicht op dien tijd.
De poorten van iets dat vol zon was, vol verre, verre, klare verten, poorten van goud waren opengegaan. Ernest nam, uit een kistje, een stralenden diadeem en zette hem op haar hoofd. Iedereen juichte toe. Mijnheer du Bessy riep: Leve de koningin!
"De Admiraal niet, maar wel zijn zoon," antwoordde Du Bois. "Waar is Jonker Engel?" hernam hij, rondziende. "Ha, daar is hij. Kom eens hier, Jonker," vervolgde hij tot den knaap. "Uws vaders vriend, Jan Company, wenscht u te zien." "Ikke de heeren niet durf vragen te komen in mijne huisje," hernam de neger. "Die te klein is, om te ontvangen de Heeren. Maar zij met mij moeten meegaan."
's Anderendaags reeds vroeg in den morgen verliet een fiacre met de koffers van Nº. 59 erop, het Hotel du Helder.
Hoe eerlijk zag er het nichtje uit in haar witte huwelijksgewaad! Ha! Ha! du Bessy had een beetje geweend dien avond. Ze was zoo jong, zoo jong.. Maar Verlat was een uitstekend man, een man met een hart van louter adel. Wel! ze zouden gelukkig zijn, had du Bessy gezeid.
Mijnheer du Bessy, die onderwijl nog Henriëtte's keurslijf, tot het op de drukte van hare zware heupen barsten zou, moest vastrijgen, had haast een vol uur noodig om de glimmende haarbouten op zijn hoofd weer in orde te brengen en om, onder zijn bleek-jaspiskleurige kamee, zijn okerbruin dasje te snoeren. Juffrouw Henriëtte was niet vóor klokslag tien geheel vaardig.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek