United States or Moldova ? Vote for the TOP Country of the Week !


Beide verdragen ons klimaat betrekkelijk goed; herhaaldelijk hebben zij in onze dierentuinen jongen voortgebracht. Met het gewone varkensvoeder kan men ze verscheidene jaren in 't leven houden. Van hun vriendschap voor den mensch heb ik trouwens nooit iets kunnen bespeuren.

Het bewegensvermogen van een Vogel is niet evenredig aan de grootte van zijn verbreidingskring: zeer goede vliegers kunnen tot een betrekkelijk klein gebied beperkt zijn, terwijl Vogels met minder goede vliegwerktuigen een veel grootere verbreiding kunnen hebben.

Het vederenkleed is goed ontwikkeld, bij de meeste soorten niet zeer levendig, bij vele evenwel zeer fraai van kleur en bij alle op een bevallige wijze geteekend. Middel-Amerika is het vaderland van de meeste Boomhoenderen; in Zuid- en Noord-Amerika komen betrekkelijk weinig soorten voor. Ook zij bewonen de meest verschillende terreinen.

Op de betrekkelijk kleine eilanden, waar geen wilde fauna voorkomt, waar de hulpbronnen aan eetbare voortbrengselen uit het plantenrijk beperkt zijn, is het natuurlijk, dat de bewoners bang waren voor den hongersnood, voordat de Europeanen de aanraking tot stand brachten tusschen hun land en het overige deel der wereld.

Nu kunnen zulke afnamen in beschaving slechts bij uitzondering, gedurende betrekkelijk korten tijd en gedurende den leeftijd der individuen slechts in geringe mate plaats hebben.

Veeleer moet het niet-kiesgerechtigd zijn worden toegeschreven aan het feit dat de vrouwen, door den ontwikkelingsgang der maatschappij, buiten het politieke leven zijn geraakt en dat er tot voor betrekkelijk korten tijd geen sterke drang uitging van de vrouwen om er weder in te worden opgenomen.

Het sterkste en wildste lid van dit ondergeslacht is de Kaapsche Buffel (Bos caffer); door zijne eigenaardige hoornen onderscheidt hij zich in 't oog vallend van zijne verwanten. Hij is gedrongener gebouwd dan de andere Buffels; de kop is betrekkelijk klein, de hals tamelijk dik, de romp in de schoft weinig verhoogd; de staart is lang en dun, aan de onderste helft met lange haren begroeid, die te zamen een dikken, goed gevulden kwast vormen. De hoornen zijn bij den wortel zij- en achterwaarts, daarna boven- en achterwaarts, met de spitsen weder duidelijk naar binnen gebogen. Bij oude stieren zijn zij aan den wortel buitengewoon verbreed, afgeplat, met dikke rimpels bedekt en over het geheele voorhoofd uitgebreid, zoodat alleen in 't midden een smalle strook vrij blijft. Met uitzondering van het oor en van de staartspits is de beharing buitengewoon dun, zoodat enkele plaatsen bijna naakt schijnen en men eigenlijk alleen aan den kop en de pooten van een haarkleed spreken kan. De kleur van het dier wordt dan ook niet zoo zeer veroorzaakt door het zwarte, aan de spits een weinig lichter gekleurde haar, als wel door de donker bruinachtig grijze huid. De schouderhoogte van den Kaapschen Buffel wisselt al naar het geslacht en de grootte van het dier van 1.5 tot 1.8 M. af. De hoornen, die bij het wijfje slechts ongeveer half zoo breed en zwaar zijn als bij het mannetje, en dus een half zoo smalle strook van het voorhoofd bedekken, kunnen bij beide geslachten een spanwijdte van hoogstens 1

Hoe meer we de hedendaagsche toestanden bezien en vergelijken met die van 20 jaren geleden, des te meer staan we verbaasd over en gevoelen we bewondering voor wat in dit betrekkelijk korte tijdsverloop werd tot stand gebracht.

Hij toonde zijn goeden wil tot sterven, door zich op den top van een berg bloot te stellen aan de woede der elementen, een betrekkelijk omslachtig proces zou men zoo oppervlakkig meenen, in een streek, die zoo bij uitstek gezond wordt geacht voor longlijders.

Het zwarte Neushoorndier wordt, ondanks zijn betrekkelijk geringe grootte, als het kwaadaardigste van alle Afrikaansche dieren beschouwd, terwijl de Witte Neushoorn geheel onschadelijk heet te zijn.