Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 juni 2025


De grond of neen ik moest liever zeggen: de vloer van de balzaal was bestrooid met goudbruine, gladde dennenaalden en daar schenen weer zandkorreltjes doorheen, die schitterden als kleine diamantjes. Tusschen de boomen lag een dik tapijt van heerlijk zacht mos, en op dat kleed lagen overal verspreid fluweelige mossen kussens, waar je op kon uitrusten, als je moe was van 't dansen.

Men kan de lever ook braden. Nadat zij volgens het hierboven gegeven recept is gelardeerd, legt men haar, met kruiderijen bestrooid, in een stuk kalfsnet, dat men er om toeslaat. Men laat eenige fijngesneden uijen in 1 1/2 ons boter fruiten, en legt de lever daarin, voegt er iets later twee koppen bouillon, half zooveel rooden wijn en nog wat zout bij, waarmede de lever langzaam gaar moet braden.

Die schijf werd met olie besmeerd en daarna met diamantstof, afkomstig van het snijden, bestrooid, waarna Jacobus Vandergaart de facetten van zijn steen de eene voor de andere na tegen die schijf drukte, totdat zij volmaakt gepolijst waren.

Hier waren geene deuren die onhoorbaar als zefirs om hare hengselen zwenkten; hier was geen perzisch tapijt waarover de voetstap geruchtloos henenglipt; de planken vloer lag zelfs vrij dik met zand bestrooid. Kon de gulzigheid des hongers mij blind en doof hebben gemaakt?

Als de waard vertrokken is, trekt hij, in afwachting van zijn maaltijd, figuren met zijn voet in het witte zand, waarmee de vloer is bestrooid en leest onder andere aanplakbiljetten aan de muren van de gelagkamer, de aankondiging van het groote drinkgelag tusschen Frans de Vriendt, bijgenaamd Floris, en de zes grootste drinkebroers van Brussel.

Gedurende het laatste uur voegt men er champignons, volgens A No. 12 bereid, en eenig wittebrood bij. Men laat den jus verkoken tot men zooveel als men begeert overhoudt. Biefstuk. De lappen biefstuk moeten een paar vingers dik zijn; zij worden geklopt, met zout en peper bestrooid, dan in bradende boter in de koekepan gelegd en op een levendig vuur gebraden.

Het haar, met een weinig poeder bestrooid, was en aîles de pigeon gekapt en van achteren tot een staartje of zoogenaamd "schorseneeltje" vereenigd, dat, vastgebonden met een blauw zijden lint, in eeuwigdurende beweging was.

Het wordt alles te zamen sterk geklopt, met eene spuit in kokende boter gespoten, geel gebakken en met suiker en kaneel bestrooid. Sneeuwballen. 2 1/2 o. bloem, 6 1/2 l. boter, 2 1/4 m. water en 9 eijeren. Men behandelt het water, het meel en de boter volgens No. 146, roert in het bekoelde beslag de eijeren, en klopt het ter deeg.

Hiervoor neemt men sneden wittebrood, zonder korst, aan reepjes gesneden, geweekt als de beschuiten volgens No. 25; dan in geklutste eijeren gedoopt, in de pan met boter gebakken, bij het opdoen overgoten met een glas rhijnwijn en met suiker bestrooid. Karthuizer bollen.

De volgende beschrijving van de inrichting en het doel der hut is ontleend aan Prof. Harting's "Bouwkunst der Dieren": "Het dak steekt als een gewelf hoog boven het water uit en is van een luchtgat voorzien. De vloer ligt van binnen steeds boven den waterspiegel. Hij is begroeid met riet en bestrooid met houtspaanders.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek