United States or Honduras ? Vote for the TOP Country of the Week !


Vanaf zes uren in den avond werd de ordedienst met militaire manschappen aangedikt, maar nievers nog was eene ernstige tusschenkomst der politie noodzakelijk geworden.

Bij de bekeering wordt de beteekenis der nieuwe religie voor de ziel van den bekeerling een zaak, waarover de geschiedenis zwijgt sterk op den voorgrond gebracht; de persoonlijke verhouding tot den koning is echter niet voorbijgezien en wordt in zeker opzicht nog wat aangedikt, als wij lezen, dat Arnljot valt, terwijl hij den koning verdedigt, en dat het lijk van den koning over dat van Arnljot komt te liggen.

Niettegenstaande de zorg aan de tactiek besteed en de pogingen, die in 't werk gesteld werden in den loop van den strijd, kwam de Antirevolutionaire partij ditmaal nog niet tot de overwinning. Ook van dit program werd tijdens de wetgevende periode niets verwerkelijkt, en het was hetzelfde, lichtelijk weer aangedikt, wat zij in 1901 onder den naam van program van urgentie aan de orde stelde.

Om het wegzakken, in de hitte van den korf, te verhinderen en ook om bestand te zijn tegen den zwaren druk van het gewicht, dat zij te dragen krijgen, zouden de celbodems gezamenlijk aangedikt moeten worden tot een stevigen vloer, die van tijd tot tijd nog gestut zou moeten worden, zooals bij de wespen. Maar hiervoor zou veel kostelijke grondstof aan haar eigenlijk doel onttrokken worden.

Zelf schreef hij dus aan zijn schoonvader; maar dit schrijven was weder even hooghartig als altijd en de voorwaarden, welke hij stelde, waren volslagen onaannemelijk. In een brief aan Metternich had Maret met zijn belachelijk chauvinisme de stekeligste uitdrukkingen zijns meesters ten overvloede nog eens aangedikt. Het resultaat van dezen stap was dan ook nul.

Waarna hij dan weer, wat aangedikt in de wangen, zich den rossen baard laat groeien tot den sik van Spaanschen grande, een groote bloem in zijn knoopsgat koopt, en 'n pakje geurige sigaretten, om behagelijk de nieuwe vrijheid in te flaneeren door de mondaine stadsdrukte, die hem verlokt, de oogen wat pijnlijk geknepen tegen de in de cel ontwende zon, en telkens weer, zoo'n eersten dag, spiedende rondziend naar den armen bliksem, aan wien hij zijn "goede daad" zal wijden.