United States or Sint Maarten ? Vote for the TOP Country of the Week !


Slechts een klein gevolg begeleidde hem. Ook Golo was onder hen. Dieper dan gewoonlijk was Siegfried het bosch ingegaan. Een sneeuwwitte hinde was voor hem opgesprongen, en als een goed jager rende de paltsgraaf over heg en struik, om het zeldzame dier neer te schieten. Reeds had zijn speer het dier aangeraakt, toen het plotseling in een hol verdween.

Waarom ben ik op alle mogelijke onwezenlijke redeneringen ingegaan? Waarom heb ik mij laten verleiden ja, verleiden tot compromissen? Waarom heb ik niet gezegd: zo spreekt de Heer? Het is een pijnlijke zaak, ook voor hen van wie men, zoals van mij, zegt dat ze zich goed hebben gehouden. Het gaat er immers maar om, welke maatstaf men aanlegt. "Het gaat er maar om, welke maatstaf men aanlegt.

Buiten de deur der hut op een kleine verhevenheid gekomen, heeft Toon de lantaarn in de hoogte gehouden en, over de donkere hei ziende, beweerd, dat hij niets kon ontdekken; maar ook, dat de dokter, als hij met z'n zieke lichaam het bosch was ingegaan, er nóg wel wezen zou. Van Hake meende echter heel in de verte iets zwarts te hebben gezien.

Nadat hij het geheele huis doorzocht had keerde Ben-Hur terug naar de zaal, nam de plaats naast den doode in, waar zij had behooren te zitten, en overdacht de groote barmhartigheid van Christus voor zijn trouwen dienstknecht. Bij de poort van het Paradijs blijven alle droefheden dezes levens, ook verlatenheid en veronachtzaming terug. Zij bestaan niet meer voor hen, die de rust zijn ingegaan.

't Geldt een menschenleven. Een mensch is de bosschen ingegaan, om te sterven. Misschien is zij al dood. Of misschien zwerft ze nog om, zonder den weg te vinden. 't Bosch is groot en haar verstand is bij God. Ga mee met den stoet, ga mee!

Claude; zoo ver ben ik gekomen; gij hebt voor u de gansche zonnige toekomst; ik begin bijna niets meer te zien, zoo diep ben ik den nacht reeds ingegaan; gij zijt verliefd, dat spreekt vanzelf; ik word door niemand ter wereld bemind, en gij vraagt mij medelijden. Drommels, dit heeft Molière nog vergeten.

"Hulp! in 's Hemels naam!" riep deze: "hulp! hij sterft! zoo gij vrome lieden zijt, helpt! en houdt den moordenaar vast! hij is door het gindsche kreupelhout gevlucht." En bij het uiten dezer woorden wees zij in het boschje naar de zijde, welke Reinout was ingegaan. "Wie, wie is de moordenaar?" vroegen terstond onderscheidene stemmen. "Wie? wie?

Eponine bleef bewegingloos; eensklaps, juist toen Marius geloofde dat zij den eeuwigen slaap was ingegaan, opende zij langzaam haar oogen, waarin de sombere donkerheid des doods scheen, en zij zeide met een stem, wier zachtheid reeds uit een andere wereld scheen te komen: "En hoor, mijnheer Marius, ik geloof, dat ik een weinig op u verliefd was." Zij poogde nog te glimlachen, en stierf.

Zij stond te praten met een andere dame, hij verbeeldde zich haar stem te hooren. Twee huizen verder bleef hij weer staan, wachtend, kijkend naar de deur van den winkel waar zij ingegaan was. Hij had een paar zinnetjes in zijn hoofd gehaald, die hij zeggen wou. Maar 't duurde zoo lang. Hij had geen tijd meer. Nog eens liep hij den winkel voorbij; zij zat er nog, rustig stoffen te bekijken.

Wij waren door het huis den tuin ingegaan; het was er reeds schemerdonker. Ik werd aangegrepen door een moed, die veel op overmoed geleek; ik wilde op eens aan alle mijne aarzelingen een eind maken.