United States or Trinidad and Tobago ? Vote for the TOP Country of the Week !


Deze dieren bewonen rotsspleten en kleine, door hen zelf gegraven holen. Bij helder weder liggen zij hier verborgen tot aan zonsondergang; bij donkere lucht zijn zij ook over dag werkzaam. Uit vrees voor hunne vijanden komen zij dikwijls slechts halverwegen uit hunne holen te voorschijn, en steken dan den kop omhoog, om zich te overtuigen of zij veilig zijn. Hun vreesachtigheid gaat met nieuwsgierigheid gepaard. Radde zegt, dat zij vredelievend en zeer arbeidzaam zijn; zij verzamelen groote hoeveelheden hooi, en vormen er hoopen van, die zij soms met breed gebladerde planten bedekken om ze tegen den regen te beschutten. Soms hebben deze hooischelven een hoogte van 15

"Dank oe," zegt Santje, en Kees vat de mand, en draagt die voor Santje weer 't wêgsken op noar huus toe. Ongeveer ter halverwegen van 't mooie wêgske staat 'en kleine iepeboom, zoo'n bietje op 'en heuveltje.

Maar toen hij, naar onze gissing, halverwegen den afstand tot het hek gekomen was, bemerkten wij, tot onze bittere teleurstelling, dat hij eensklaps met een vervaarlijken kreet terugkeerde en vrij wat sneller dan bij zijn aankomst den weg naar huis nam, en de deur achter zich toesmeet. "Dat zal hem de duivel leeren," zeide Klaas: "wij motten er toch binnen."

Het werptuig bereikte echter zijn bestemming niet; maar viel halverwegen in het water; terwijl een schaterend gelach van den anderen boeier oprees en deze mislukte poging eener machtelooze woede bespotte: al hetwelk Lodewijk nog gramstoriger maakte. "Foei Lodewijk!" zeide Henriëtte: "is dit nu handelen gelijk een fatsoenlijk man betaamt?"

Doch de wandeling, die men te doen heeft, is niet groot, en men is spoedig van 't lastige bekijk verlost; halverwegen de Beerestraat vertoont zich een gewoon burgerhuis, dat zich in niets van de overige onderscheidt, dan door de kolossale gekleurde schelp, die, bij wijze van uithangbord, boven de luifel uitsteekt.

Halverwegen dit straatje gekomen hoorde ze een vreemd geluid, het geklep van een doodsklok, "'t Is voor iemand anders," dacht ze, en hard liet ze den klopper neervallen. Na verloop van meerdere minuten, kwam er iemand aansloffen, de deur week op een kier. Het was een der zusters. Het nonnetje zei met een godzaligen blik, dat "het kind juist overleden was."

Terwijl dit een en ander aldus plaatshad, lagen mijn vader en moeder diep slapend in hun bedstede, en ik evenzoo in de mijne. Maar ruim halverwegen den nacht schrikten wij alle drie wakker. Dat kwam door de eenden, die opeens vervaarlijk te keer gingen. Vader sprong overeind, bemerkte ik. "Moeder, wat is er?" riep hij slaapdronken, zoo hoorde ik.

Hij lag met het hoofd in haren schoot, en de natte doek, dien zij in de fraai gevormde hand hield, bewees dat zij gepoogd had hem tot bewustzijn te brengen. De kapitein richtte zich halverwegen op en poogde op te staan, doch het gelukte hem niet. Alles begon hem voor de oogen te draaien, eene doodelijke bleekheid overtoog zijn gelaat en hij zette zich snel neder.

Old Shatterhand en Hobble-Frank volgden hem, den kring der Indianen uit; het Springende Hert ging niet met hen mee; hij wist reeds waar het eindpunt van den wedloop was. De hoofdman wees met de hand naar het zuiden, en zei: "Ziet gij dien boom daar, halverwegen tusschen hier en het bosch?" "Ja." "Tot zoo ver moet er geloopen worden.

Dan gaan wij bij elkander zitten, zooals het aan degelijke krijgslieden en hoofdmannen voegt, om te beraadslagen." "Wilt gij niet liever bij ons komen?" "Neen; wij behooren elkander te eeren door ieder van zijn kant den andere halverwegen tegemoet te komen." "Dan zou ik met u op het open grasveld zitten, en onbeschut blootgesteld zijn aan de kogels van uw metgezellen."