Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 7 juni 2025


De Beloega zoowel als de zeehond spoeden zich vol angst naar de kust, zoodra zij hem ontwaren: de eerste gaat op deze wijze in den regel zijn verderf te gemoet; ook de laatste vindt bij de kust niet altijd de gezochte uitkomst.

Dan is er geen tijd te verliezen; de jager moet oogenblikkelijk de blaas die aan het einde van de lijn bevestigd is over boord werpen, daar de boot anders, als de lijn afgeloopen was, door den Zeehond met geweld zou worden aangetrokken en licht zou kunnen omslaan.

Uit zee dringt hij niet zelden zeer ver in de rivieren door, en wordt dan dikwijls op grooten afstand van de kust gevonden, soms zelfs in de steden; zoo b.v. twee malen in Leiden, waar men hem dagen achtereen heeft zien zwemmen. De Gewone Zeehond is trouwens niet de eenige aan onze kusten voorkomende soort van Robben.

Op het land beweegt zich deze zeehond tamelijk snel door een golvende beweging van het lichaam, zonder eenige hulp van de achterpooten, die werkeloos uitgestrekt blijven. Hij grijpt z'n prooi òf met de voeten òf met den bek; en ofschoon de handen soms tepas komen bij het stukknauwen van den buit schijnen zij toch in de eerste plaats bij het zwemmen dienst te doen.

In den jaare 1477, den 17de van September, was 'er de Cosmus en Damianus vloed: waar door in Friesland en elders zwaare schade geschiede. By 't klooster te Lidlum wierd een zeekalf gevangen; en in de gragt van Bolswert wierden mede twee zeldzame visschen gevangen, schynende de eene vleugelen te hebben, en de andere een zeehond te zyn.

Alle teenen zijn zeer forsch, stomp en uitmuntend voor 't graven geschikt. De beide middelste zijn de langste. De korte achtervoeten zijn naar achteren gericht, en herinneren aan die van den Zeehond; ook werken zij hoofdzakelijk achterwaarts en buitenwaarts.

Hiervoor zijn niet weinig geoefendheid en behendigheid noodig; de jager bereikt zijn doel deels door lange en diepe riemslagen, deels door de boot met zijn eigen lichaam voort te bewegen; velen zijn hierin zoo ervaren, dat zij de boot naast den Zeehond brengen, zonder dat deze het bemerkt.

"Ziedaar een vraag, waarop ik het antwoord zal moeten schuldig blijven," zeide Deodaat: "de tijd zal het moeten leeren." "Maar in 's Hemels naam," hernam de levendige Oda: "zeg mij toch! wie is die kaalgeschoren liefhebber daar? Hemel! nu zag ik nooit iemand, die meer op een aangekleeden zeehond geleek dan hij."

Opmerkelijk is de zielvolle uitdrukking van het oog van den Zeehond, opmerkelijk is het evenzeer, dat hij, evenals andere Robben, bij aandoeningen van allerlei aard, vooral echter bij het gevoelen van smart, tranen vergiet. Als wij, en waarschijnlijk terecht, het gezicht als de hoogst ontwikkelde zin van den Zeehond beschouwen, mogen wij vermoedelijk het gehoor in de tweede plaats noemen.

Op het droge sleepen zij zich met buitengewoon groote inspanning over een korten afstand voort; hare vinvormige ledematen zijn veel te zwak voor het bewegen van de groote massa van haar lichaam, vooral omdat dit, naar het schijnt, de buigzaamheid van het lichaam van den Zeehond volstrekt niet bezit.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek