Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 juni 2025
Men bestrijkt de taart met boter, waarop men wat suiker strooit en bakt de taart in een oven met matige hitte. Voor het geval, dat men aan het deeg van den in R. 521 beschreven vorm de voorkeur geeft, wordt het deksel vervangen door de kruisgewijze reepen. Amandeltaart. Zeef 200 gram bloem.
Men neemt daarvoor de jus van het gehakt, waarin men een weinig meel roert en waar men wat citroensap en foelie bijvoegt; eindelijk bindt men het met eijerdoijers. Pikante saus. Men fruit boter en meel en lengt dit aan met bouillon; men voegt er 1 laurierblad, wat thym en spaansche peper bij, waarmede men het een kwartier kookt en dan door eene zeef giet.
Dan giet men er langzamerhand de marinade bij, maar als de azijn zeer scherp is, verzacht men dien met een weinig kokend water, en onder gestadig bedruipen laat men het vleesch gaar worden, waartoe ruim 2 1/2 uur wordt vereischt. Gedurende het laatste half uur giet men er twee kopjes melk in, laat de pan open, en giet bij het opdoen de saus door eene zeef.
De grond werd eindelijk ten tweede male gezift, maar in een zeef met zeer kleine openingen, om er het stof van te scheiden, waarna hij geschikt was, om aandachtig onderzocht te worden. Die aarde werd dan op een tafel uitgeschud, waaraan de beide mijnwerkers plaats namen, gewapend met een soort hark, die van blik vervaardigd was.
Dan giet men het nat door eene zeef, weegt het, en kookt het met hetzelfde gewigt aan suiker, tot het stijf genoeg is om tot gelei te stollen. Gelei van kersappeltjes. De appeltjes worden gewasschen en, met koud water bedekt, opgezet om tot moes te koken, dat men daarop door een doek wringt.
Dan laat men het op eene zeef afdruipen, en legt het op schaaltjes. De augurken en de O.-I. kers worden den vorigen avond gewasschen en benevens de maïskolven, die men echter niet wascht, met zout bestrooid, in den kelder gezet.
Een reus, die dit riool gezift had, zou in zijn zeef den rijkdom der eeuwen hebben gehad. Op het scheidingspunt der twee vertakkingen van de straat du Temple en die van St. Avoye, vond men een zonderlinge koperen medaille der Hugenoten, op welke aan de eene zijde een varken met een kardinaalshoed, en aan de andere zijde een wolf met de driekroon op den kop stond.
Men bindt het nat als het kookt met maizena en als het goed doorkookt, voegt men er de aalbessen bij, na deze eerst goed te hebben gewasschen, gerist en door de zeef te hebben gedrukt. Suiker naar smaak. Men dient ze op, hetzij warm of koud, met een keukenbeschuit.
De vruchten worden afgeveegd, met eene breinaald geprikt en dan, zooveel daarvan als naast elkaâr plaats kunnen vinden, in de bekoelde suiker gelegd, waarmede men ze te vuur zet en, in de onbedekte pan, even laat koken; men keert ze in dien tijd éénmaal om en schept ze dan voorzigtig op eene zeef om uit te druipen.
Amandelsaus. 3 1/2 l. gestooten amandelen, waaronder een paar bittere kunnen zijn, worden met citroenschil, in een weinig melk, gedurende een kwartier langzaam gekookt, en dan door eene zeef gegoten. Vervolgens kookt men dit met eene halve k. room en suiker, waarna men de saus met eijerdoijers bindt. Melksaus.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek