Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juni 2025
Ze veranderde dus van tekst, en huilde nu by-voorkeur over haar "verloren kind" 'n onderwerp dat haar voorkwam in beter evenredigheid te staan met 'n schadeloosstelling van vyftig heele stuivers. Wouter stond met open mond, en... wachtte? Ja, neen, ik kan waarlyk niet zeggen of-i wachtte.
Den 20sten, bevel ontfangen hebbende om naar Gado-Saby te trekken, vertrok ik des morgens ten zes uuren, aan het hoofd van twee Lieutenants, drie Sergeanten, zeven Corporaals en vyftig soldaten, zonder een Heelmeester en den Neger, GOOSSASY, dien wy in drie of vier uuren kwyt raakten, daar by te rekenen.
De Latanusboom is een zoort van Palmboom, die men voornamelyk op moerassige plaatsen vind, en altyd, een bewys van een ryken grond is. Hy is ten naasten by zoo dik als de dyë van een mensch, en verheft zig tot de hoogte van dertig tot vyftig voeten.
Indien by den moord, door my verhaald, een blanke was tegenwoordig geweest, zoude zyn getuigenis bestaanbaar geweest zyn; maar dan zou deeze afschuwelyke boosdoenster vry geweest zyn met de betaaling eener boete van vyftig ponden sterling voor elken doodslag. Maar laat ons eindigen. Myne ziel heeft een weerzin, om nopens zulke onderwerpen breeder uit te wyden.
Indien de vertogen, door de Planters in 't jaar 1785 aan de Regeering gedaan, ingang vinden, en indien men voortgaat met van hun slechts matige belastingen te vorderen, indien men den handel niet dwingt door nadeelige Reglementen, is 'er geen twyffel aan, of de uitvoer naar Europa zal in veel minder dan vyftig jaren het dubbeld opbrengen.
De boom, wiens bladeren naar die van den laurierboom gelyken, groeit tot de hoogte van meer dan vyftig voeten; maar dewyl ik denzelven, noch ook de twee eerstgemelden, niet gezien heb, kan ik 'er niet meer van zeggen. De Mawna-boom is hoog, recht, en van een helder bruine kleur; deszelfs bladeren zyn eirond, en de noten gelyken naar muscaat noten; maar zy hebben 'er de geur niet van.
Den 23sten, ontfing ik verschen voorraad en wyn, my van Paramaribo gezonden; alles kwam zeer ter sneede. Den zelfden dag kwam de Colonel FOURGEOUD met zyne manschappen van zynen tocht naar de Rivier Maroni te rug. Hy had negen en vyftig huizen verwoest, en drie bebouwde velden vernield.
"ô, Zei de goeje jongen, myn Heer Blankaart, wat heb ik naar u gezogt! men zeide, dat gy vroeg waart uitgegaan, meer niet; ik heb wel in vyftig Coffyhuizen en Logementen geweest, gy waart er niet; eindlyk zei een Heer, die u scheen te kennen, dat de goede Heer Blankaart zeker aan zyne Hollandsche maaltyd zat; en hier uit besloot ik, die uwe gewoonte ken, dat gy in dit Logement waart:" Hy vroeg my aanstonds naar het stout Dingetje; en ik zei, dat alles wel was; wat zou ik gezeit hebben?
Den 12den, kregen honderd vyftig mannen van het nieuwe krygsvolk bevel, om op te trekken. Elk hunner was, behalven met zwaare kleederen, met een hangmat en een zeer zwaar randsel beladen. Myn vriend SMALL was onder dit getal; hy was zeer dik, en zoo verzwakt, dat hy naauwlyks gaan konde.
Om een hoop van zestig mannen, namelyk een Capitain, twee Lieutenants, twee Sergeanten, vier Corporaals, een Heelmeester, en vyftig soldaaten te vergezellen, zyn ten minsten twintig Neger-slaven noodig, waar van men de huur aan hunne meesters betaalt, tegen twee Engelsche schellingen daags, ten kosten der Volkplanting.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek