Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 juli 2025


Hij draaide zijn voetebankje naar Quaerts en legde zijn hoofd tegen diens knie. Maar Jules ... Laat hem maar, mevrouw. Iedereen bederft dien jongen ... Behalve u! zei Jules. Ik! Ik! riep Amélie verontwaardigd. O ik bederf je heelemaal! Heelemaal! Ik woû, dat ik je niet kon toegeven. Ik woû, dat ik je naar Kampen kon sturen of naar Deli! Dan zoû je wel flinker worden!

Zonder twijfel zeide zij hem wat zij er van dacht, toen een andere blindeman in functie was, en zij zoo vertrouwelijk achter de overgordijnen zaten. Scrooge's nicht deed niet mee aan 't blindemannetje spelen, doch zij werd in een gemakkelijken stoel gezet, met een voetebankje onder de voeten, in een gezellig hoekje waar de Geest en Scrooge vlak achter haar stonden.

De kleermaker maakte zich daarover zóó woedend dat hij het gouden voetebankje oppakte, en het naar de aarde smeet, naar de oude diefegge. Maar hij kon het bankje niet meer terug halen, en daarom sloop hij stilletjes van den stoel weg en ging weer op zijn plaatsje achter de deur zitten, met een onnoozel bakkes.

Zoo kwam hij op een plein; daar stonden een heeleboel mooie en kostbare stoelen, en in het midden een geheel gouden zetel, die met schitterende edelsteenen was bezet. Hij was ook veel hooger dan de andere stoelen, en er stond een gouden voetebankje voor. Dat was de stoel waarop onze Heer zat als Hij thuis was, en van waar Hij alles zien kon wat er op aarde voorviel.

Scrooge had een oogenblik vergeten dat hij haar met het voetebankje in den gemakkelijken stoel had zien zitten, of hij zou haar niet zoo hebben doen ontstellen. "Wel, heere m'n tijd!" riep Fred. "Wie hebben we hier?" "Ik ben het. Je oom Scrooge. Ik kom eten. Is 't goed, Fred?" Of 't goed was! Scrooge mocht van geluk spreken dat zijn neef zijn arm niet afschudde.

Toen onze Heer en Meester nu met zijn hemelsch gevolg weer terugkwam, merkte Hij wel niets van den kleermaker achter de deur, maar toen Hij zich op Zijn troon zette, miste hij het voetebankje. Hij vroeg aan den heiligen Petrus, waar toch het voetebankje was, maar die wist het niet. Toen vroeg hij of Petrus iemand had binnengelaten.

Woord Van De Dag

estes

Anderen Op Zoek