Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
Zijpaden leidden van den weg naar de aanplantingen. Ieder individu had een stuk land, waarvan hij zijn levensonderhoud betrok. Daar groeien vleezige bananen met groote, sappige bladeren; yams klimmen tegen vlechtwerk op en hebben kleurige bloemschermen, en ertusschen staan kokospalmen, broodvruchtboomen, roodbloeiende crotonstruiken en veel sterk geurende kruiden.
En overal er tegenaan was hokwerk, schuurtjes, stallinkjes van rotdonker plankenhout, en vlechtwerk als hutten voor de zon, schaduw-inkijkjes gevend, en overal beplekt met kalm zittende witte menschjes aan den rand van de markt.
Een kamperfoeliestruik die zich vasthechtte aan het gewelf liet zijn bloemen in het volle licht neertrossen. Langs den grond liep een ijle water-ader, lichtend en murmelend. Witte paarden stonden daar. Het waren er wel honderd. Ze aten gerst van een plank, die ter hoogte van hun bek was aangebracht. Hun manen waren blauw geschilderd, en de hoeven staken in wanten van fijn vlechtwerk.
In de tweede plaats komen in aanmerking de ampels, vervaardigd van hout of vlechtwerk. Het kan niet ontkend worden, dat een z.g.n. rustieke ampel inderdaad wel fraai kan zijn. Zulke ampels kunnen op verschillende wijzen vervaardigd worden. Men kan, evenals voor orchideeën-mandjes, geschilde of ongeschilde stukjes hout tegen elkander aanleggen, en deze met koperdraad onderling verbinden.
Max Weber, Wichmann, Ten Kate, Van den Broek, Vermast, Christoffel, Fokkens en nog anderen misschien, hebben er gereisd en verzameld, maar alleen laatstgenoemde, van Rotterdam geboortig, bedacht het Museum met drie slendangs, eenig fraai vlechtwerk en een klewang van Flores.
Een ficus toont hier en ginder zijn donkerglimmig gebladerte. Bijwijlen komt onder het zware groen het bruin te zien van daken, en langs het oeverriet het donkere vlechtwerk van uitgezette fuiken. Door een bres in den boomenwal zie ik ruige rijstvelden, op primitieve wijze bebouwd. De zon hangt dofrood op den rand van het westelijk oeverwoud.
Om den hals draagt men ringen van door vlechtwerk vastgehouden tanden, ngot-inde, of van coyx-pitjes, samoonde, parelgrijze vruchtjes als jobs-tranen welbekend; een bundel gedroogde varkensstaartjes dragen de mannen als sierraad op de borst, ook wel een trosje ledige krabben-scharen, die onder het loopen tegen elkander rinkelen.
De eetbak en de drinkfonteinen stonden als onaangeroerd, geen vogel bewoog op de roestjes of in de nesten. Een schemer trok hem voor de oogen, zijn keel snoerde toe, en hij moest zich vastklampen aan het vlechtwerk om niet te vallen. Ze zijn allemaal weg, griende hij, allemaal gaan vliegen ... Hoe is nu zoo'n ruit gebroken? vorschte Madame, kom, drink eens Snepvangers.
Het was een woning zooals een eenigermate gegoede dessaman er een bouwt, ruim, koel, maar zonder eenige overdaad. Deze pendoppo, wier vloer de begane grond was, had een rieten dak, onder het hooge midden waarvan, als een soort tweede zoldering, om de doorstralende hitte af te weren, een vierkante horde van bamboe vlechtwerk hing.
De alkove bestond uit het volgende: Drie genoegzaam lange stokken in het puin van den bodem, dat wil zeggen, van den buik des olifants, gestoken; twee voor, één achter, en aan de punten met een touw aaneen gehecht, vormden een soort van piramide. Deze piramide was met vlechtwerk van koperdraad omgeven, zijnde stukken van vogelkooien uit menagerieën.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek